Open Science – openheid over wetenschappelijk onderzoek, methoden en resultaten – leidt tot relevanter, betrouwbaarder en efficiënter onderzoek. Dat geldt zeker ook voor dierproeven: daar is sprake van een extra verantwoordelijkheid om zorgvuldig om te gaan met proefdieren en geen dierenlevens te verspillen. De Universiteit Utrecht houdt hierover een online symposium op dinsdag 26 oktober.

Open Science houdt in dat wetenschappers hun onderzoeksmethoden, data en uitkomsten openlijk delen, zowel met collega’s als met de maatschappij. Deze beweging is in opkomst, maar is nog lang niet vanzelfsprekend.

Samenwerking

Wetenschappers kunnen verschillende redenen hebben om informatie over dierproeven niet te delen: ze willen niet dat anderen er met hun ideeën vandoor gaan, ze willen geen voeding geven aan kritiek op het diergebruik, of een experiment heeft te weinig opzienbarends opgeleverd. Toch is het bij dierproeven extra belangrijk om wel open te zijn. Dit bevordert samenwerking en voorkomt dat onderzoek dubbel gedaan wordt omdat men niet van elkaars werk op de hoogte is. Dit kan heel concreet het aantal gebruikte proefdieren verminderen.

Programma

In het symposium zullen sprekers ingaan op verschillende stadia van dierstudies, hoe Open Science op elk stadium van toepassing is, en hoe dit het onderzoek en de samenleving ten goede komt, inclusief menselijke en dierlijke patiënten en proefdieren.

Na een inleiding door Frank Miedema, vicerector Onderzoek en voorzitter van het Open Science-programma van de Universiteit Utrecht, is er een keynote-presentatie van Jeroen Geurts, voorzitter van ZonMw, over hoe zij als financiers de principes van Open Science toepassen.

Vervolgens zijn er pitches en workshops over de volgende onderwerpen die overeenkomen met opeenvolgende onderzoeksfasen.