Topgolfster Joan van de Kraats: 'Je moet natuurlijk niet lopen te fluimen'.
Topgolfster Joan van de Kraats: 'Je moet natuurlijk niet lopente fluimen'.
Van de Kraats begon op haar vijftiende met golfen; In Nederlandeigenlijk ongebruikelijk op die leeftijd. "Mijn ouders golfdenallebei en mijn moeder zei: 'Probeer het eens. Het is leuk als jedat ook kan'", vertelt Van de Kraats over haar keuze. Ze blonkdirect uit. "Het is fijn als je net begint en je krijgt direct eenaanbieding om in een selectie te spelen. Dat is leuker dan op eenlager niveau te tennissen", vertelt Van de Kraats die aanleg hadvoor meer sporten.
Ze steeg snel op de nationale golfranglijst. Dit jaar is ze lidvan Oranje, de nationale amateurselectie. Van de Kraats isbehoorlijk fanatiek, al vindt ze dat zelf een rotwoord. "Ik noemhet serieus: ik ben heel serieus met mijn sport bezig. Ik traindrie dagen per week. Op vrijdag, zaterdag en zondag. Daarnaaststudeer ik."
Toch komt de studie niet op het tweede plan. "Dankzij een goedtopsportbeleid van de universiteit kan ik het allemaal goedcombineren. Ik heb een goede studieadviseur die zorgt dat ik hetallemaal een beetje bij kan benen. De examencommissie weet dat ikaan topsport doe en als ik er niet ben, krijg ik een mondeling. Ikmag op Olympos fitnessen en ik krijg een soort vergoeding als ikdoor mijn sport studievertraging oploop. Je moet natuurlijk nietlopen te fluimen, want dan geven ze je echt geen mondelingen. Maarde meeste sporters zijn net als ik wel consciëntieus."
In september 2001 hoopt ze, na vijf jaar, af te studeren. "Danwil ik naar Amerika om twee tot vier jaar te golfen. Maar ik vindniet dat je alles op één paard moet inzetten. Je hoeftmaar een vinger te breken of door je enkel te gaan en je bent eenpaar weken uit de roulatie. Daarom wil ik er een studie bijdoen. Opamateurniveau bij een universiteit wil ik rustig uitzoeken hoe verik kan komen.
Als ik daar ben, staat het golfen wel op de eerste plaats. Ikdenk dat ik de wereldtop kan halen als ik structureel blijftrainen. Maar die beslissing neem ik pas als ik een jaar of twee inAmerika ben. Ik ga niet prof worden om ergens in de achterhoede teeindigen. Dan verdien je trouwens ook niks. Bij de vrouwen wordt erbovendien veel minder verdiend dan bij de heren. De top 15 van dewereld kan er goed van leven. Ik denk daar wel over na, maar op ditmoment speelt dat eigenlijk nog helemaal niet. Eerst moet ik op ditniveau zien te winnen."
Kick
Ze won tot nu toe één belangrijk internationaaltoernooi: het Canon European International under 21. Haarbelangrijkste doel op dit moment is kwalificatie voor hetwereldkampioenschap aan het eind van het jaar. Daar is haar heleseizoen op gericht. "In mei zijn er kwalificatietoernooien inNederland. Daar kwalificeren de beste acht zich. Het balletje isrond, maar je mag er van uitgaan dat ik dat wel haal." Die besteacht spelen daarna een kwalificatie voor drie plaatsen op het WK.Haar kansen schat ze op tachtig procent. Die calculatie isgebaseerd op haar eigen kunnen. "Maar voor hetzelfde geld haal ikniet", blijft ze voorzichtig. "Bovendien moet je dan ook op datwereldkampioenschap nog goed spelen. Je hoort vaker dat atletenpieken om zich te kwalificeren, maar op een kampioenschap nietspresteren. Ik richt me op goed presteren op het WK."
De lol in golfen zit hem voor Van de Kraats vooral in een goedeprestatie. "Het geeft een kick om een goede score neer te zetten.Je speelt niet in een team. Er is er maar één die datheeft gedaan en dat ben jij. Bovendien is het reizen en alle mensendie je daardoor leert kennen ook heel leuk. Als je alleen tussen deoma's op je club speelt, is het een heel ander verhaal. Maar als jeweet dat je buitenlandse toernooien mag spelen..."
Swing
En buitenlandse toernooien zijn er veel. Van de Kraats is tussenmaart en oktober constant op reis door heel Europa. "We beginnenieder jaar met een voorjaarsstage in Spanje of Portugal. Daarnaspelen we meestal de Spaanse en Portugese open. Maar de Portugeseheb ik dit jaar moeten overslaan, omdat ik tentamen moest doen. Inapril spelen we in Nederland competitie. Daarna gaan we ook nognaar Schotland en Ierland."
Dat reizen maakt golfen zwaar. Ze werkt dan ook veel aan haarconditie. "Een toernooi duurt vier dagen en je moet elke dag vijfà zes uur spelen. Als je een druk seizoen hebt, vlieg je vanhet ene toernooi naar het andere. Om dat vol te houden heb je echteen goede conditie nodig."
Daarnaast traint ze veel op haar techniek. "Het gaat erom dat jeheel constant wordt. Dat je een swing krijgt, waarmee je altijdhetzelfde type bal kunt slaan. Aan de top mag je geen missers meerslaan. Het draait op dit niveau om kleine dingetjes."
Naarmate je ouder wordt, wordt je steeds beter, volgens Van deKraats. Haar spel is veranderd. "Vroeger hield ik meer vanmatchplay." Dat is een knock-out systeem waar bij de spelers holesvan elkaar moeten winnen. Dan speel je echt tegen iemand en dan wilik winnen.Strokeplay, waarbij alle slagen tellen, is meer je eigenspelletje spelen. Nu ik ouder word, wordt mijn strokeplay beter.Maar eigenlijk moet je in beide speltypen hetzelfde doen. Gewoongoed spelen.'
Jurgen Swart