Volwassen gedrag geëist van kerk en faculteit
Toen de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) afgelopen najaar aankondigde haar predikantenopleiding in Utrecht en Leiden te willen overhevelen naar een eigen universiteit, was duidelijk dat een diep wederzijds wantrouwen mede debet was aan dit besluit. Dat bleek nog eens ten overvloede tijdens een druk bezochte informatiebijeenkomst voor studenten op 13 december. De aanwezigen verwachtten een zakelijke uiteenzetting over de stand van zaken van de gesprekspartner, maar kwamen bedrogen uit. Ze werden geconfronteerd met een faculteitsdecaan en een rector van de kerkelijke opleiding die er in een ruzieachtige sfeer geen moment in slaagden om het wederzijdse gebrek aan vertrouwen te verbergen en die elkaar de schuld van de dreigende tweespalt tussen kerk en subfaculteit in de schoenen probeerden te schuiven.
Het was een nogal ontluisterende bijeenkomst. Daar zijn vrijwel alle aanwezige theologiestudenten het achteraf over eens. "Pas op dat moment werd ons duidelijk hoe verstoord de relatie is", zegt Jasper van Schaik, studentlid van het subfaculteitsbestuur en één van de woordvoerders van de studenten. "Toen de protestantse kerk dit najaar aankondigde dat zij een eigen universiteit wilde beginnen, dachten wij aanvankelijk dat er alleen sprake was van een nieuwe organisatievorm. Zolang de samenwerking tussen kerk en subfaculteit even vruchtbaar zou blijven als in de huidige situatie, zagen wij dat niet als een probleem." "Tijdens de bijeenkomst in december werd echter zichtbaar hoe slecht de onderlinge verhoudingen zijn", vult Sjoerd Mulder aan. "Iedereen was verbaasd. Zijn dat nu de leiders van onze opleiding, die zo met elkaar over straat rollen?" Jasper: "We kregen een beetje het gevoel: papa en mama liggen in scheiding en wie denkt er nog aan het belang van het kindje?"
Ook studentvertegenwoordiger Martin Koelewijn van de kerkelijke opleiding wist niet wat hij zag. "Ik vond het heel frappant dat de onenigheid juist tijdens een bijeenkomst met studenten naar buiten kwam. Maar het baart mij ook grote zorgen. Als het gebrek aan vertrouwen echt zo groot is, vormt dat namelijk een serieuze bedreiging voor de samenwerking; en die is voor studenten van groot belang. Vandaar dat wij de twee partijen deze week in een brief hebben opgeroepen om het wederzijds vertrouwen te herstellen."
Argumenten
De verontwaardiging bij de Utrechtse studenten over de houding van de staf is zo groot dat alle studentvertegenwoordigers van de subfaculteit en de kerkelijke opleiding de handen ineen hebben geslagen. Unaniem stellen zij in hun brief dat zij een goede verstandhouding tussen kerk en subfaculteit zowel voor de theologie in Utrecht als voor de individuele vorming van studenten zeer waardevol vinden.
Sjoerd: "Misschien hebben de kerken wel heel goede argumenten voor hun besluit, maar het punt is dat wij die argumenten als studenten in elk geval nog niet gehoord hebben. Zelf vinden wij het met name heel wezenlijk dat de kerkelijke opleiding tot predikant plaats vindt in nauw contact met de theologie aan een openbare universiteit. Dat is de beste garantie voor de dialoog met de maatschappij die wij allemaal erg belangrijk vinden voor een predikant." "Op zich kan die opleiding ook best verzorgd worden door een aparte protestantse universiteit", vult Martin aan, "maar dan wel een universiteit die nauw samenwerkt met een theologische faculteit van een openbare universiteit. En dat kan alleen als er sprake is van wederzijds vertrouwen."
De studenten zijn benieuwd naar de reactie op hun brief. Niet dat zij al te veel vertrouwen hebben in een plotselinge verandering ten goede. Maar, waarschuwen zij, als die verandering uitblijft, zullen zij het er niet bij laten zitten. "Wij zijn erg strijdbaar", laat Jasper weten. "Wij verwachten gewoon dat de decaan en de rector als twee volwassen mensen om tafel gaan zitten en met een voor de studenten aanvaardbare oplossing op de proppen komen. Dat verwachten we niet alleen, dat eisen we zelfs van ze."