Woordblinden winnen terrein aan Universiteit Utrecht: 'Dyslektie, dislectie of dyslexie?'
Woordblinden winnen terrein aan Universiteit Utrecht:'Dyslektie, dislectie of dyslexie?'
Leonardo da Vinci, Winston Churchill en Albert Einstein. Zewaren allemaal zo dyslectisch als wat en bepaald niet dom. Tochmoesten ook zij zich in hun jonge jaren altijd maar weer bewijzenom aan te tonen dat zij wel degelijk iets in hun mars hadden. Maarin de meeste gevallen konden deze woordblinden tot voor kort gewoonrekenen op de titulatuur van onintelligent, lui, of nonchalant.Want hoe kan het anders dat iemand na tien jaar onderwijs nogsteeds gibs, dwijlen en nouw schrijft? Of het woordje katconsequent verwart met het woordje rat of tak, of nog vreemder metpoes?
Gelukkig zijn die denkbeelden de afgelopen jaren flinkbijgesteld en wordt iemand met woordblindheid door zijn ernstigelees-, spelling- en schrijfproblemen (het omdraaien van letters,woorddelen vergeten of juist toevoegen) sneller herkend alsdyslecticus. Daardoor weten steeds meer dyslectici het academischonderwijs te halen.
Jan Kaldeway van het Interfacultair Instituut voorLerarenopleiding, Onderwijsontwikkeling en Studievaardigheden ofwelIVLOS en in 1995 aangesteld als spreekbuis als het gaat omdyslexie, zegt dat het aantal dyslectici op de universiteit vanUtrecht verbluffend aan het toenemen is. "Het aantal mensen datlangs IVLOS komt, groeit nog steeds. Van een handjevol tot vijfjaar terug, tot ruim dertig alleen al in het afgelopen jaar. Wijvoorzien hen van advies en hulp. En met de hulp die zij vandaag dedag kunnen krijgen van de universiteit en overheid is het zelfsvoor een zwaar dyslectisch iemand mogelijk zijn studie af te maken.Dus ga maar na hoeveel studenten er jaarlijks hierdoor niet afhakenen gewoon door blijven studeren."
Lamp
En de hulp die een dyslecticus vandaag de dag kan verwachten,liegt er niet om. In de eerste plaats kan hij sinds 1996 een jaarextra studiefinanciering verwachten van de Informatie Beheer Groep(IBG) na een positief bevonden dyslexietest. Daarnaast zijn er inUtrecht bij het IVLOS speciale werkgroepen, de zogenaamdestudiemethodieklessen, die ook voor dyslectici geschikt zijn om methun handicap om te leren gaan. "En in de laatste plaats is eraandacht voor de student. Als een dyslecticus slim genoeg is engemotiveerd, kan hij het met een goede studieaanpak en metondersteunende maatregelen prima redden", zegt Kaldeway. Zo krijgteen dyslecticus meer tijd voor zijn tentamen en als het nodig iskan er zelfs een tentamen gemaakt worden met andere zinsbouw, dathij eventueel in alle rust apart van zijn klasgenoten kanmaken.
Genoeg reden dus om als de wiederweerga naar het IVLOS te gaanen een dyslexietest aan te vragen en zo onder meer een jaartjeextra studiefinanciering op te eisen bij het IBG. "Maar dat gaatmooi niet door", reageert Wim van Werkhoven van het Ambulatorium,het dyslexieonderzoeksinstituut in Utrecht. "Nu het regulieronderwijs het laatste decennium steeds meer op de hoogte raakt vandyslexie, worden gevallen eerder gesignaleerd. Dat is een goedteken, want zo krijgen steeds meer dyslexiestudenten de kansacademisch onderwijs te volgen. Maar een student die denkt op dezemanier makkelijk een jaar extra collegegeld te krijgen, kan hetvergeten. Wij zijn streng. Iemand die geen dyslexie heeft, loopttijdens onze test geheid een keer tegen de lamp."
Dom
Een van de studenten die onlangs een dyslexietest liet doen istweedejaars psychologiestudente Judith Dapperen (24). Uit deze testbleek dat zij dyslectisch is. "Ik was blij met de uitslag. Ik wisteindelijk dat het niet aan mijn intelligentie lag dat ik niet meekon komen met de rest op school. Maar het is eigenlijk te gek voorwoorden dat er nooit iemand achter is gekomen dat het misschien welaan dyslexie zou kunnen liggen. Ik heb het altijd zonder hulpmoeten doen."
Het was een dubbeltje op zn kant of Judith was afgehaakt. "Hetging erg slecht met leren. Uiteindelijk herkende een docent mijnmancos en die gaf mij het advies eens bij IVLOS langs te gaan. Nade test, die ik op 11 september vorig jaar deed, kan ik rekenen opeen hoop begrip en hulp van mijn docenten en medestudenten."Daarnaast volgt Judith lessen van de werkgroep studiemethodiek.Daar leer ik hoe ik met mijn handicap kan omgaan. Ik leerbijvoorbeeld hoe ik toch sneller door een schoolboek kom doorselectief te lezen. Ik denk dat ik het met de hulp die ik nu krijg,wel ga redden. En ik mag er daarbij natuurlijk een jaartje langerover doen.
Maar wat nou als iemand lichte dyslexie heeft? "Die groep valteigenlijk buiten de boot", zegt Kaldeway. "Die komen namelijk nietin aanmerking voor de extra hulp. Zij moeten het zelf zien terooien, of het nou om lichte dyslexie gaat of om andereleerproblemen." Zo verging het de eerstejaarsstudente NederlandsAmber Neef. Zij ging naar het IVLOS en deed een test bij eenonderzoeksinstituut. Daaruit bleek dat zij niet dyslectisch is."Dat is erg vervelend, want nu weet ik nog steeds niet wat erscheelt. Het RIAGG onderzoekt nu of het om een leerstoornis gaat."Amber behaalde dit jaar slechts zes studiepunten. "Maar wat ik numoet doen? Ik weet het even niet meer", reageert zij. "Wat zeg je?Lessen studiemethodiek waarin je selectief leert lezen? Hmm, dat ismisschien wel wat voor mij."
Ondanks het feit dat steeds meer dyslectici academisch geschooldzijn, is het altijd maar de vraag wat zij later kunnen verwachtenaan begrip, steun en aandacht wanneer ze op de arbeidsmarktterechtkomen. Claire Jansen op de Haar, derdejaarsstudente Recht,houdt daar rekening mee. "Ik ben blij dat ik onlangs een test heblaten doen. Ik heb altijd zelf moeten leren mijn handicap op tevangen, maar met de extra hulp die ik nu krijg zal het wel aardiglukken. Maar van mijn handicap zal ik nooit afkomen en dus zal ikdaar ook rekening mee moeten houden als ik een baan ga zoeken. AlsOfficier van Justitie kan ik het bijvoorbeeld wel vergeten, teveelvoorleeswerk. Dat zal een mooie rechtszaak worden met eendyslectische Officier van Justitie", beaamt zij lachend. "Nee, ikzal duidelijk een andere baan moeten zoeken."
Sebastien Kraaijeveld
SIRE
De oorzaak voor de opvallende stijging van het aantaldyslexiestudenten die het academisch onderwijs weten te halen, isvolgens een woordvoerster van de Nederlandse Stichting Dyslexie tewijten aan de enorme aandacht die er de afgelopen vijf jaar voorhet probleem is. "Reclamespotjes van SIRE, het geld van deInformatie Beheergroep en de deskundigheid van leraren in hetbasisonderwijs en voortgezet onderwijs hebben er allemaal aanbijgedragen. We horen steeds vaker van studenten die academischonderwijs met goed gevolg weten af te ronden." Len Buijs, decaanaan de universiteit Leiden, beaamt dat. "Wij hebben geen centralefaciliteiten als studiemethodieklessen of groepsbegeleiding, maarstudenten met dyslexie hebben wel meer tijd voor een tentamen enkunnen in uitzonderlijke gevallen een mondeling tentamenafleggen."