De werkplek: De stadstuin van Henk Nokkert
“Soms zie ik een bezoeker met een grote boodschappentas onder de arm lopen en dan weet ik al: die gaat wat meenemen. En ja hoor, hop! Dan verdwijnen er zo een paar kweeperen in de tas. Ach, ik kan er wel om lachen. Het is en blijft een publiekstuin hè!”
Henk Nokkert is officieel ‘medewerker groenvoorzieningen, wegen en terreinen’, maar wordt door collega’s gewoon ‘tuinman Henk’ genoemd. En zijn werkplek is bijzonder: hij werkt alweer elf jaar in de Oude Hortus achter het Universiteitsmuseum.
Onder het mom van ‘we zijn op zoek naar een fotoplek’, krijg ik een persoonlijke rondleiding. Bijna anderhalf uur lopen we rond in de prachtige, herfstige tuin. Het is een plek met veel bezienswaardigheden: rijpe kweeperen, bedwelmend kiespijnkruid, fel oranje kakifruit en grote pompoenen. De antieke kassen en mooi gerestaureerde Oranjerie maken het plaatje compleet. Nokkert vertelt me over de bijzondere ginkgo uit 1670, de teruggevonden fundamenten van de oude stadsmuur en de vele trouwe vrijwilligers zonder wie de tuin niet zou kunnen bestaan. Als we onderweg een dode vogel tegenkomen, pakt Nokkert hem zonder aarzelen op. “Wat een mooi exemplaar zeg, ik neem ‘m mee. Misschien kunnen ze er binnen nog wat mee.”
Dat hij hart voor de zaak heeft en het niet voor het geld doet, moge duidelijk zijn. “Als je in het groen zit, werk je niet alleen voor het geld. Mijn inkomen verdien ik maar voor het klein deel bij de Hortus. Ik heb ook nog een baan op zaterdag. Dan sta ik in het bos of op de hei met jongeren die een taakstraf hebben gekregen. Bomen omzagen, paden vrijmaken, de heide plaggen. Ook daar draait het niet alleen maar om geld. Het is mooi werk hoor, lekker fysiek.”