‘Eerste Kamer moet renteverhoging tegenhouden’

Het D66-congres nam zaterdag een motie van de Jonge Democraten aan en keerde zich daarmee tegen de afspraak in het regeerakkoord om de rente op studieschulden te verhogen. Studenten betalen vanaf 2020 een rente die hoort bij een lening met een looptijd van tien jaar in plaats van vijf jaar. Iemand met een gemiddelde studieschuld van 21.000 euro en een bovenmodaal inkomen, betaalt dan zo’n 12 euro in de maand meer rente. Dat moet de schatkist naar schatting 226 miljoen euro per jaar opleveren.

Geen fan
Het wetsvoorstel werd in december met een krappe meerderheid aangenomen in de Tweede Kamer. Rob Jetten, fractievoorzitter in de Tweede Kamer, en eerder minister Van Engelshoven, maakten er geen geheim van dat ze geen fan zijn van de maatregel, die uit de koker van CDA en ChristenUnie komt. Maar of de D66-senatoren gehoor zullen geven aan de oproep om tegen een afspraak uit het regeerakkoord te stemmen, moet nog blijken.

De fracties van CDA en de ChristenUnie in de Tweede Kamer legden vergelijkbare oproepen van hun jongerenorganisaties eerder naast zich neer. Voorzitter Dennis van Driel van de Jonge Democraten hoopt dat de D66-senatoren samen zullen optrekken met hun collega’s van CDA en ChristenUnie. Als wisselgeld kunnen ze wat hem betreft de halvering van het collegegeld in het eerste jaar inzetten, die hij in het AD een halfslachtige maatregel noemt. Maar net als de verlaging van de rente kwam ook deze maatregel op initiatief van CDA en ChristenUnie in het regeerakkoord.

Koopkracht
De Jonge Democraten zetten dit weekend ook hun handtekening onder de oproep van 27 jongerenorganisaties aan de Senaat, om tegen het wetsvoorstel te stemmen. De renteverhoging is volgens hen de zoveelste maatregel die de koopkracht van studenten schaadt. Als voorbeelden noemen ze het afschaffen van de basisbeurs in 2015, het elk jaar oplopende collegegeld, de hoge kamerhuren en de verhoging van het lage btw-tarief. Volgens hen kost de renteverhoging studenten gemiddeld vijf keer meer – namelijk 5.000 euro – dan de halvering van het collegegeld oplevert.

De stemming over het wetsvoorstel zal naar verwachting plaatsvinden na de Provinciale Statenverkiezingen.