‘Langere contracten voor docenten: mooi, maar we zijn er nog niet’

Foto Anthony Donner

Natuurlijk is ook docent Algemene Sociale Wetenschappen Pieter de Bordes prima te spreken over de stap van het universiteitsbestuur. De zekerheid van vierjarige aanstellingen is beter dan de zenuwentoestand van kortdurende verlengingen tot een maximum van vier jaar. “Nu zitten  mensen nog continue in de stress over hun contract. Ze hebben het gevoel dat ze zich steeds weer moeten bewijzen, en dat ze dan ook nog afhankelijk zijn van allerlei zaken waar ze geen invloed op hebben.”

Toch zien De Bordes en zijn collega’s geen reden een symposium over de problematische situatie van tijdelijke docenten af te blazen. Het initiatief is aangezwengeld en ondersteund door het docentenplatform Teaching Academy UU (TAUU) en vindt plaats op vrijdagmiddag 14 december in het Academiegebouw.

De Bordes: “Veel mensen vragen nu: ‘Ben je niet al waar je wil zijn?’ Ik denk het niet. Ook straks moeten uitstekende docenten die door studenten zelfs als ‘docent van het jaar’ waren aangewezen na een aantal jaar gewoon weg. Daarnaast is het zo dat veel van de huidige tijdelijke docenten nog steeds in onzekerheid zitten over de verlenging van hun contract.”

Structureel werk
In het manifest dat de groep tijdelijke docenten wil presenteren tijdens het symposium vragen zij, behalve om langere contracten voor tijdelijke docenten, ook om meer vaste contracten. In het document dat online ondertekend kan worden, dringen zij aan op de naleving van het cao-artikel dat stelt dat ‘een dienstverband in beginsel wordt aangegaan voor onbepaalde tijd, tenzij een dienstverband voor bepaalde tijd noodzakelijk wordt geacht’.

“Universiteiten zeggen nu dat ze alleen tijdelijke contracten kunnen geven omdat de studentenaantallen zo fluctueren", stelt De Bordes vast. "Maar als je goed kijkt, is er bijna altijd wel een structurele ondergrens aan te geven voor het aantal studenten. Daar kun je je percentage vaste banen op baseren. Vaste banen voor structureel werk moet het uitgangspunt zijn.”

Pieter de Bordes, lees verder onder de foto

pieter de bordes.jpg
Door het ontbreken van vast personeel krijgen tijdelijke docenten nu bovendien werkzaamheden op hun bord die niet in hun taakstelling staan, weet De Bordes. Twee jaar lang interviewde hij zijn naaste collega’s over de problematiek. “Veel tijdelijke krachten moeten zich niet alleen keer op keer inwerken in de stof die zij moeten doceren, ze worden ook ingezet om cursussen te coördineren of zelfs nieuwe cursussen te ontwikkelen. Dat staat niet in het functieprofiel ‘docent 4’ van een beginnende tijdelijke docent."

De ASW-docent vervolgt: "Wat zou het nu mooi als we docenten die dat soort taken toch uitvoeren en daarom gewaardeerd worden een vast contract konden geven met een functieprofiel waar die taken wel bij horen. Ze lopen straks met allerlei nuttige kennis en netwerken de deur uit en de opvolger doorloopt opnieuw hetzelfde circus. Dat is een enorme kapitaalvernietiging en heel slecht voor de kwaliteit van het onderwijs.”

Dat de universiteit alleen vaste dienstverbanden wil geven aan medewerkers die ook onderzoek doen om daarmee de nauwe relatie tussen onderzoek en onderwijs te garanderen, snapt De Bordes. Tegelijkertijd bespeurt hij een discrepantie. “Op dit moment maak je die ambitie om ook voor studenten een onderzoeksuniversiteit te zijn ook niet waar. Een heel groot deel van het onderwijs laat je immers geven door tijdelijke docenten die je helemaal geen onderzoekstijd geeft.

Zelf zou hij pleiten voor vaste contracten voor docenten met 80 procent onderwijs en 20 procent onderwijsgebonden onderzoek die vooral worden afgerekend op hun onderwijstaken. "Zo maak je voor sommigen het onderwijs weer van primair belang wat ten goede zal komen aan de kwaliteit van het onderwijs. Als die docenten nog niet gepromoveerd zijn, zou de UU afspraken kunnen maken over een promotietraject en begeleiding bieden."

Blik op de toekomst
Het manifest vraagt nadrukkelijk aandacht voor het onduidelijke toekomstperspectief van tijdelijke docenten. In de nieuwe cao staat dan wel de verplichting om tijdelijke docenten een opleidings- en begeleidingsplan aan te bieden waarvan de basiskwalificatie onderwijs onderdeel uitmaakt, maar volgens De Bordes en collega’s is het onduidelijk waar dat traject nu precies naartoe werkt. Met alle onzekerheid van dien.

De Bordes: “Nu hoor ik weer her en der roepen dat docenten van de universiteit straks kunnen overstappen naar het middelbaar onderwijs. Maar wat nu als dat niet is wat je wilt? Of als het in jouw vakgebied – neem bij mij de psychologie – helemaal niet zo voor de hand ligt?”

De cao-bepaling dat tijdelijke docenten die willen promoveren een aanstelling van zes jaar kunnen krijgen, noemt De Bordes bovendien “niet realistisch”. “Een gemiddeld fulltime PhD-traject duurt vijf jaar heeft het Rathenau Instituut laatst nog aangetoond (pdf). Hoe doe je dat als je ook nog drie dagen in de week moet doceren en je onderwijskwalificatie moet halen?”

De Bordes en zijn collega’s roepen de universiteit daarom op om een projectgroep samen te stellen met docenten, potentiële werkgevers en mogelijk ook promotiebegeleiders om tot “concrete professionaliseringstrajecten te komen”. Bij Sociale Wetenschappen zijn daar volgens hem al stappen toe gezet, maar de initiatiefnemers van het symposium zouden graag universiteitsbreed beleid zien om tijdelijke docenten “een helder en realistisch toekomstperspectief” te bieden. “Het symposium is niet bedoeld om de universiteit te bashen of iets dergelijks. We willen echt samen op zoek naar constructieve oplossingen.”

Eergevoel
Voorlopig denkt De Bordes dat universiteiten zich in hun handen mogen knijpen dat tijdelijke docenten zo gedreven en gemotiveerd blijven. Hij verwijst naar een opinie in de Volkskrant van Geschiedenisdocent René Koekoek die stelt dat de universiteit blijft functioneren dankzij het arbeidsethos en eergevoel van academici.

De Bordes: “Iedereen vindt het heel prettig om hier te werken, ondanks de hoge werkdruk. Iedereen gaat voor kwaliteit en wil daarvoor extra stappen zetten.” Met een grimas: “Je moet alleen niet al te veel over je toekomst willen nadenken.”

Symposium: ’Lang leve de tijdelijke docent?!
Wanneer: 14 december 2018, 16:00-18:00
Waar: Aula, Academiegebouw Utrecht

 

Advertentie