“Werven van buitenlandse studenten is geen doel op zich”
Soms zijn er weliswaar problemen met steenkolenengels en huisvesting, maar over het algemeen is het juist goed dat er zoveel buitenlandse studenten naar Nederland komen, meent directeur Weima van internationaliseringsorganisatie Nuffic.
Het zijn er intussen 112 duizend aan hogescholen en universiteiten. Speciaal voor hen begint maandag de Week van de Internationale Student. Er zijn carrière-events in allerlei steden en op woensdag 15 november wordt in Utrecht het Holland Alumni Network gelanceerd voor buitenlandse studenten die in Nederland willen blijven.
Eigen land
“Wereldwijd zijn er zo’n 45 netwerken om contact te houden met alumni die weer naar hun eigen land teruggaan”, zegt Weima, “maar zoiets was er nog niet voor alumni die hier blijven.”
Er komen steeds meer buitenlandse studenten naar Nederland. Hoe meer, hoe beter? “Je moet er genuanceerd naar kijken. Internationalisering is geen doel op zich, maar een manier om de kwaliteit van het onderwijs te bevorderen. Je wilt studenten op een internationale toekomst voorbereiden. Je kunt zelfs zeggen dat buitenlandse studenten bijdragen aan vreedzame internationale betrekkingen.”
Hoe weten we dat ze goed zijn voor de kwaliteit van het onderwijs? “Ik ben net in Maastricht geweest, waar de helft van de studenten uit het buitenland komt. Het is een heel diverse groep studenten. Zij zeggen dat het goed werkt en dat ze veel leren van elkaars culturen. Ook bij andere onderwijsinstellingen zie je dat studenten een internationaal karakter waarderen.”
Woningnood
Critici wijzen onder meer op de problemen met huisvesting in de grote steden: de woningnood is al zo hoog. “Wij zijn geen eenzijdige lobbyisten voor alles wat internationaal is. Goede huisvesting is belangrijk, ook voor Nederlandse studenten. Maar daar werkt iedereen ook hard aan. Het is voor de buitenwacht misschien niet altijd even zichtbaar, maar het gebeurt wel. We hebben een mobstacle team [voor mobiliteitsobstakels; red.] en een netwerk dat ‘De rode loper’ heet dat hard werkt om drempels te verlagen.”
En is het Engels van docenten goed genoeg voor de internationalisering van het onderwijs? “Ook Engels is geen doel op zich. Je moet een balans zoeken. Je kunt misschien niet alle bachelorstudenten alleen maar in het Engels lesgeven. Ze moeten de kans krijgen erin te groeien. Een universiteit als de UvA heeft nu tweetaligheid als uitgangspunt gekozen: opleidingen zowel in het Engels als in het Nederlands aanbieden.
En misschien moeten docenten betere training krijgen. Ik ben vandaag op een bijeenkomst van tweetalige middelbare scholen. Die geven kinderen in de onderbouw voor de helft van de tijd in het Engels les. De docenten worden intensief geschoold; daar hoor ik echt geen klachten over steenkolenengels.”
Levenslange band
Nuffic benadrukt ook graag de economische voordelen. Wegen die zo zwaar? “Internationale studenten zijn goed voor de economie, maar ook voor het onderwijs. Je hoort mij niet alleen het economische verhaal vertellen. We dragen het wel uit, want soms denken mensen dat het alleen maar geld kost. Dat is dus niet zo. Op termijn leveren buitenlandse studenten ons 1,57 miljard euro op.
Uit Brits onderzoek blijkt dat ze tijdens hun studie ook al veel geld uitgeven: ze betalen huur, doen hier hun boodschappen, hun ouders komen misschien eens op bezoek… En ook als ze weer naar hun land van herkomst teruggaan, behouden ze een levenslange band met Nederland. Dat is heel waardevol, dat horen wij ook altijd van ambassades.”