Advies: zelfde examenvragen op alle hbo's
Om meer zekerheid te krijgen over de waarde van het hbo-diploma moeten er ook mensen van buiten de opleidingen in examencommissies zitten. Verder is het goed als hogescholen samen toetsen maken.
Het zijn de belangrijkste aanbevelingen in het rapport ‘Vreemde ogen dwingen’, dat is aangeboden aan voorzitter Thom de Graaff van de HBO-raad en – via hem – aan staatssecretaris Zijlstra. De inmiddels demissionaire bewindsman had een jaar geleden aangekondigd dat hij een vorm van centrale examinering wilde invoeren in het hbo. Dat zou de twijfel over het hbo-niveau moeten wegnemen die was ontstaan na gesjoemel met diploma’s bij onder andere de Hogeschool Inholland.
Een commissie onder leiding van hoogleraar Jan Anthonie Bruijn vindt het oorspronkelijke idee van centrale landelijke examens erg kostbaar en minder effectief dan het extern ‘valideren’ van toetsen en examens. Hij adviseert opleidingen om de studievoortgang van hun studenten voortaan gezamenlijk te toetsen en om gelijke regels in te voeren voor de externe beoordeling van eindwerkstukken.
Hogescholen kunnen heel goed een eigen profiel houden als ze dezelfde toetsvragen hebben, denkt Bruijn. "Als de ene opleiding zich specialiseert op zieke patiënten en de andere op patiënten met sportblessures, dan kun je toetsen maken met vragen over beide soorten patiënten erin. Als het goed is, zullen studenten dan beter scoren op hun eigen specialisme. Daar kun je juist uit afleiden of het profiel van een opleiding goed uit de verf komt."
Ten minste één lid van elke examencommissie moet van buiten de opleiding komen, is het advies. Verder zou in een op te richten hbo-docentenregister moeten worden aangetekend over welke toetservaring iedere docent beschikt.
De HBO-raad wil voortvarend aan de slag met het advies, maar beslist medio juni, in overleg met de staatssecretaris, hoe dit verder ingevuld kan worden.