Benelux-landen maken afspraken over diploma-erkenning

Nederland, België en Luxemburg willen elkaars hoger onderwijsdiploma’s automatisch erkennen. De landen gaan bekijken wat de mogelijkheden zijn, maakte minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken vandaag bekend.
Probeer een buitenlandse werkgever maar eens uit te leggen wat je Nederlandse bachelordiploma waard is. Dat valt lang niet altijd mee. De drie Benelux-landen willen daarom begin 2015 de handtekening zetten onder een besluit om elkaars diploma’s in het hoger onderwijs automatisch te erkennen. Nu is dat vaak nog een tijdrovende klus, waardoor het moeilijk is om over de grens te solliciteren.
Minister Asscher ontvouwde het plan tijdens een bijeenkomst van het Benelux comité. Nederland is op dit moment voorzitter van het overleg en arbeidsmobiliteit is één van de speerpunten. De ministers hebben daarom ook afgesproken dat de regionale arbeidsmarktgegevens in kaart worden gebracht en dat de informatievoorziening voor mensen die vlakbij de grens wonen en werken zal verbeteren.
Eind 2013 werd de eerste stap al gezet. Toen sloten Nederland en Vlaanderen een verdrag waardoor het makkelijker werd om over de grens te solliciteren. Aanleiding was dat een afgestudeerde uit Maastricht een baan als ambtenaar in Antwerpen misliep doordat het negen maanden duurde voor haar masterdiploma werd erkend.
Met wederzijde diploma-erkenning zijn de problemen overigens nog niet helemaal opgelost. Het betekent namelijk niet dat ook beroepsverenigingen elkaars opleidingen goed genoeg vinden. In Maastricht bleek dat met name voor psychologen een probleem.
Er zijn nu ongeveer driehonderdduizend mensen die dagelijks pendelen tussen de Benelux-landen en van en naar de Duitse en Franse grensregio’s. Veel te weinig, vindt het ministerie van Sociale Zaken. Omdat het moeilijk is om over de grens te solliciteren, zitten er mensen onnodig thuis terwijl bedrijven in andere landen geen geschikt personeel kunnen vinden.