Blijdschap over komst medicijnenagentschap naar Amsterdam

Het EMA beslist of geneesmiddelen mogen worden verkocht op de Europese markt. Het agentschap met negenhonderd medewerkers is nu in Londen gevestigd, maar moet daar vertrokken zijn als het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie stapt. Van de negentien Europese steden die zich opwierpen als nieuwe vestigingsplaats trok Amsterdam maandag aan het langste eind, na een nek-aan-nekrace met Milaan en Kopenhagen.

Hoog aangeschreven
Universitair hoofddocent Herre Talsma van de Utrechtse farmacieopleiding is daar erg blij mee. Hij denkt dat de keuze voor Nederland niet alleen te maken heeft met de aantrekkingskracht van Amsterdam. “De Nederlandse farmaceutische wetenschap staat internationaal hoog aangeschreven, samen met die in Scandinavië, Australië en Canada.”

De toelating van medicijnen vergt volgens hem complexe beslissingen die veel wetenschappelijke kennis vereisen. “Bij twijfel vraagt het EMA extra informatie aan de fabrikant van een geneesmiddel en die schakelt ook onderzoeksinstituten in voor een second opinion. Dat kan de farmaceutische wetenschap in Nederland een enorme stimulans geven.”

Onbetaalbaar
Door de komst van het EMA zal Nederland bovendien aantrekkelijker worden voor farmaceutische bedrijven, wat de werkgelegenheid ten goede zal komen. Ook verwacht hij dat het EMA veel deskundigen zal aantrekken die betrokken kunnen worden bij het farmacieonderwijs en bij symposia.

Talsma zit minder te wachten op de komst van lobbyisten naar Nederland die bij het EMA zullen proberen om de registratie van hun medicijnen door te drukken en de prijzen op te drijven. “Sommige medicijnen dreigen daardoor onbetaalbaar te worden.”