Brandstichter Casa Confetti moet zich laten behandelen door psychiater

De rechtbank acht bewezen dat de 26-jarige man in de nacht van 20 op 21 oktober zijn woning op de tiende verdieping in Casa Confetti in brand heeft gestoken. Daarmee bracht hij andere bewoners van het studentencomplex in gevaar.

Tegenover de politie verklaarde de man dat hij een prop papier in ethanol had doordrenkt en deze brandend op zijn bed had gegooid. Vervolgens had hij de woning verlaten. Dat de brand zich niet verder verspreidde, was te danken aan de toegesnelde brandweer. Wel was er grote rookontwikkeling die het noodzakelijk maakte om delen van het complex te ontruimen.

Op basis van rapporten van een psychiater en een psycholoog komt de rechtbank tot de conclusie dat de strafbare feiten de bewoner niet kunnen worden toegerekend. Er was volgens hen gehandeld uit angst, boosheid en machteloosheid. De man had last van schizofrenie en ondervond problemen door zijn cannabisgebruik en slaapgebrek. Toen hij de brand stichtte was hij psychotisch en hoorde hij stemmen.

De man werd daarom vrijgesproken. Wél moet hij zich onder behandeling stellen van een psychiater, zo oordeelde de rechter. In afwachting van de rechtzaak was de man eerder al verplicht een behandeling te ondergaan. De rechtbank zag ervan af hem gedwongen te laten opnemen in een psychiatrisch ziekenhuis. Dit zou volgens de deskundigen averechts kunnen werken.

Verhuurder SSH wil vanuit privacy-overwegingen geen informatie geven over de zaak. Bewoners van Casa Confetti laten weten dat de man inmiddels niet meer op het studentencomplex woont.