Bussemaker: Extra geld voor hoger onderwijs komt heus
Gaan de universiteiten en hogescholen inderdaad 200 miljoen euro per jaar extra uitgeven, zoals beloofd toen de basisbeurs werd afgeschaft? Minister Bussemaker heeft er nog steeds vertrouwen in.
Tijdens haar jaarlijkse overleg met studentenorganisaties LSVb en ISO, bleef minister Bussemaker onverstoorbaar onder de kritiek op de uitblijvende extra uitgaven aan onderwijs.
Het is volgens de studenten maar de vraag wat er van die toegezegde investeringen terechtkomt. Aan veel onderwijsinstellingen krijgen medezeggenschapsraden er geen zicht op, bleek uit een rondgang van het Hoger Onderwijs Persbureau en het ISO. Ook presenteren de onderwijsinstellingen volgens de studenten soms een oud plan als ‘extra investering’.
Maar minister Bussemaker ziet geen probleem, bleek vanmiddag. Ze noemde hogescholen die al wel extra gaan investeren, zoals de Hogeschool Utrecht, Saxion en de Hogeschool van Amsterdam. Die nemen bijvoorbeeld extra docenten aan en betalen hen uit hun reserves, in de wetenschap dat er over een paar jaar extra middelen van het Rijk vrijkomen door de bezuiniging op de basisbeurs.
Natuurlijk zou niet elke onderwijsinstelling evenveel kunnen bijdragen, maar dat was volgens Bussemaker altijd al duidelijk. “Het is een afspraak waarvan we ook toen al wisten: niet elke instelling zal de middelen hebben om het te doen”, zei ze.
Maar wanneer kunnen studenten dan zien of er echt iets gebeurt? En wat als de instellingen zich niet aan hun belofte houden? De vragen lagen voor de hand, maar het antwoord van de minister ook.
Aan het einde van het jaar zullen de studenten – en trouwens ook de Tweede Kamer – een overzicht krijgen. Verder wil ze er niet op de mogelijke consequenties vooruitlopen. “Misschien investeren ze wel meer dan afgesproken, dat kan ook nog.”
De minister bleef ook doof voor een andere roep om hulp. De medezeggenschap heeft weliswaar instemmingsrecht op de hoofdlijnen van de begroting, maar aan sommige instellingen komt daar niets van terecht en heerst er onduidelijkheid over wat nu precies de hoofdlijnen zijn.
Maar het staat in de wet en iedereen moet zich eraan houden, aldus Bussemaker. Ze dacht dat het wel op zijn pootjes terecht zou komen. “Als jullie signalen hebben dat dit echt niet goed gaat, hoor ik het graag”, zei ze, “maar je moet die discussie eerst op de instelling zelf voeren. Het kan even zoeken zijn, want niet alle instellingen hebben hun begroting op dezelfde manier ingedeeld. Het moet echt op instellingsniveau bekeken worden.”
En die 200 miljoen aan extra investeringen die de universiteiten en hogescholen aan het onderwijs moeten besteden? Ja, die horen wel bij de hoofdlijnen van de begroting, meent ze. “Ik zeg er wel bij: dit instemmingsrecht is iets waar instellingen ook aan moeten wennen. Ik zou zeggen: daag de instellingen uit om erover te spreken.”