Coronadebat: waarom 75 studenten in collegezaal?
Het demissionaire kabinet heeft vorige week vrijdag allerlei nieuwe maatregelen afgekondigd in de strijd tegen het coronavirus en dinsdag spraken de betrokken bewindslieden met de Tweede Kamer.
Het hoger onderwijs kwam zijdelings aan de orde. Wybren van Haga, afgesplitst van Forum voor Democratie, wilde weten waarom er nog maar 75 studenten in een collegezaal bijeen kunnen komen, terwijl er wel 1.250 bezoekers in een concertzaal mogen. “Als je 1.250 mensen kunt placeren in een concertgebouw, dan moet je het onderwijs toch ook die ruimte kunnen geven?”
Grote aantallen
Er zijn meer dan een miljoen studenten in mbo, hbo en wo, verklaarde premier Rutte, dus het gaat om zeer grote aantallen. “Daar wil je eigenlijk geen beperkingen aan opleggen. Maar om daar het risico wel te verminderen, hebben we gezegd: de grotere hoorcolleges nu even niet, althans tot dat maximum.”
De cultuursector is iets anders, vond hij. Bij voorstellingen en allerlei concerten heeft het publiek een vaste zitplaats. “Daarvan hebben we gezegd dat dat op zichzelf door kan gaan, maar het moet wel in omvang beperkt zijn. We doen dat vooral om te voorkomen dat poptempels gaan zeggen: ‘We gaan geplaceerd aanbieden.’ Want dan zou je daar alsnog duizenden en duizenden mensen naar binnen kunnen halen. Vandaar die maximering op 1.250.”
Opvallend genoeg noemde hij de coronapas niet, terwijl dat verschil in het oog springt. Zonder coronapas kom je het theater niet meer binnen, maar de collegezaal voorlopig nog wel.
Volgende week stuurt het kabinet een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer om een snelle invoering van de coronapas in het hoger onderwijs mogelijk te maken zonder bemoeienis van de medezeggenschapsraden. Daar liepen de Kamerleden niet of nauwelijks op vooruit. Wel spraken ze in het algemeen over nut en noodzaak van het coronatoegangsbewijs.
3G
Dat bewijs is nu geldig voor wie gevaccineerd, getest of van corona genezen is (afgekort als 3G). Het kabinet wil op sommige plaatsen 2G eisen. Een coronatest volstaat dan niet meer voor toegang. Ook dat wetsvoorstel moet nog komen. Aukje de Vries van regeringspartij VVD plaatst daar alvast vraagtekens bij. “Wij denken dat 2G in het onderwijs en op het werk wel heel erg lastig uit te leggen zal zijn”, zei ze.
Jan Paternotte (D66) vroeg enig begrip voor stevige maatregelen zoals de coronapas, waarmee de samenleving enigszins open kan blijven. Hij baalt van de nieuwe beperkingen, die er onder meer voor zorgen dat studenten colleges “vanuit hun kamertje gaan volgen”, zei hij. “De schaduwzijde van dit soort lockdownachtige maatregelen kennen we: leerachterstanden, depressies onder jongeren, eenzaamheid onder ouderen. Laten we dat hier samen allemaal goed tot ons laten doordringen.”
Geen panacee
Overigens zijn de problemen niet zomaar opgelost met een coronapas, legde minister De Jonge van Volksgezondheid uit. “Het coronatoegangsbewijs is geen panacee. Het is ook niet per se een instrument om het aantal besmettingen te doen verlagen of zo.”
Wat het dan wel is? De Jonge: “Het is een instrument om weer veilig bij elkaar te kunnen komen in grotere groepen, terwijl het virus nog niet weg is en een groot deel van de mensen nog geen bescherming heeft opgebouwd. Dat is het. Het helpt dus om de samenleving ietsje eerder open te doen.”
Straks mag een ongevaccineerde dus ergens niet naar binnen met een negatieve coronatest, terwijl hij geen gevaar is voor anderen, die bovendien gevaccineerd zijn. “Vaccins beschermen voor 50 tot 63 procent tegen transmissie en ze beschermen voor 75 procent tegen infectie”, aldus De Jonge. Ze zijn dus niet waterdicht.
Je kunt dus als ongevaccineerde zonder virus naar binnen lopen en met het virus weer vertrekken. “Je gaat dan naar huis en de kans dat je thuis anderen besmet, is dan ook weer groter”, zei De Jonge. “Het risico én om zelf ziek te worden én om anderen te besmetten is gewoon groter als je niet beschermd bent.”
Inspraak omzeilen
Wat dit allemaal voor gevolgen heeft voor het hoger onderwijs, moet volgende week blijken. Dan wordt ook duidelijk of de meerderheid van de Tweede Kamer, die eerder nog een belangrijke rol voor de medezeggenschap zag weggelegd, nu toch de inspraak wil omzeilen.