De helikopter van Obama interessanter dan nucleaire thema's

Utrechtse onderzoekers analyseren tijdens een hacketon twee dagen lang live alle berichten op sociale media over de NSS-top in Den Haag. Conclusie: het gaat meer over Obama dan over de nucleaire thema’s van de top.

Met de Nucleair Security Summit 2014 is Nederland even in het middelpunt van de internationale politiek. Maar liefst 53 wereldleiders zijn naar Den Haag gekomen om over nucleaire veiligheid te discussiëren. Daaronder de Amerikaanse president Barack Obama.

Voor mediaonderzoeker Mirko Schäfer reden om samen met student Mike van Stroe een zogenaamde Hacketon te organiseren. Met zo’n 30 mensen zitten ze maandag en vandaag in een hackerspace in Rotsoord om live alle berichten op sociale media over deze top te verzamelen en te analyseren.

De grootste groep deelnemers is afkomstig van de opleiding Nieuwe Media en Digitale Cultuur, of is betrokken bij de Utrecht Data School. Maar er zijn ook geïnteresseerde journalisten en zelfs mensen van de politie. “Die zijn hier privé. Het gaat hen niet om opsporing, maar zijn geïnteresseerd in data-analyse op sociale media,” zegt Mirko Schäfer.

De resultaten van de eerste dag vindt Schäfer  opvallend. “We zien dat Nederland zich meer bezighoudt met hoe tof het is dat we zo’n event organiseren dan met de inhoud. Je ziet veel berichten voorbij komen van mensen die de helikopters van Obama hebben gezien, of ze tweeten dat ze vandaag thuis mogen werken maar het gaat nauwelijks over de inhoud van de conferentie. Zelfs over de G7 vind je weinig inhoudelijke opmerkingen.”

Mike van Stroe voegt toe: “In de media zag je veel discussie over de overlast. Maar ook dat valt mee op de sociale media. Van de 50.000 berichten die langskwamen, waren er maar 650 met echte klachten. Mensen vonden het vooral leuk om grappige zaken te retweeten, zoals over het belabberde Engels van Rutte of zijn opmerking over Zwarte Piet.”

Een belangrijke top als deze trekt in de regel ook demonstranten. Ook dat aantal schijnt deze keer vrij beperkt te zijn. Gisteren is wel een groep van 50 wat oudere vredesactivisten opgepakt en zij kregen een boete van 150 euro. “Dat hebben we teruggevonden op sociale media,” zegt Schäfer. “Maar opvallend is dat de berichten van de critici blijven circuleren binnen de eigen groep. Er ontstaat weinig debat met anderen.”

Voor de Utrechtse mediaonderzoekers begint het echte werk pas na deze dagen. Schäfer: “Ik wil analyseren in hoeverre sociale media de publieke opinie over zo’n top kan beïnvloeden en wat de rol van beleidsmakers is.”

Mike van Stroe wil vooral bekijken hoe je nu het best zo’n evenement live kan volgen. “Het is de eerste keer dat we de analyse live doen, terwijl de top bezig is. Vroeger analyseerden we de gegevens in de regel achteraf. Ik wil kijken wat het voordeel is van een live analyse en hoe we dat het best kunnen organiseren.”   

Op de site van de Utrecht Data School kan je een zogeheten retweetnetwerk van de NSS-top zien. Je ziet wie het vaakst geretweet zijn en door wie.

Advertentie