Deel Geowetenschappers verliest onderzoeksdata in Yoda

Een aantal wetenschappers kreeg vrijdag bericht dat er mogelijk wat mis is met hun onderzoeksdata. Ze hadden die data opgeslagen op Yoda. Dat is een datamanagementsysteem dat de UU in 2015 zelf heeft ontwikkeld en waar onderzoekers hun data kunnen opslaan en delen. Om hoeveel wetenschappers het gaat wil de UU in dit stadium niet zeggen.

Yoda is beschikbaar voor de hele universiteit, maar het probleem heeft zich afgelopen week voorgedaan bij het deel dat bestemd is voor Geowetenschappen. Dit deel groeide de laatste tijd snel. Daarom was het nodig om meer opslagcapaciteit bij te plaatsen, waarbij dit incident is voorgevallen. Toch zijn niet alleen geowetenschappers het slachtoffer. Yoda is juist bedoeld om samen te werken en dat deden de geowetenschappers, zowel binnen als buiten de universiteit.

Op dit moment is het systeem even onbereikbaar. De UU werkt aan het zoveel mogelijk terughalen van de vermiste data. Voor een deel is dat gelukt, maar vrijdag werd ook duidelijk dat sommige data helemaal verloren is. Om hoeveel data dat gaat, is nog niet bekend.

Enorme impact
Decaan Wilco Hazeleger van Geowetenschappen is erg geschrokken van het incident. “Voor wetenschappers heeft zoiets enorme impact. Het kan zo maar zijn dat een gedeelte van jouw onderzoeksdata is verdwenen. Voor de ene wetenschappers is dat nog wel terug te halen, bijvoorbeeld door herhaling van het labonderzoek of van een simulatie. Maar er als het om veldwerk gaat, wordt dat een stuk lastiger.”

Hazeleger zegt dat hij als faculteit weinig kan doen aan de technische problemen, maar dat hij zich enorm betrokken voelt bij de gevolgen die het heeft voor de wetenschappers. “Op dat punt zullen we ons als faculteit sterk maken om mensen te helpen.”

Maandag is er een online bijeenkomst met de getroffenen. Dan zal de balans worden opgemaakt over de gevolgen. Die kunnen per wetenschapper verschillen. Gekeken wordt onder meer naar eventuele eigen back-ups, de kans om data opnieuw te verwerven en de schade die het onderzoeksproject oploopt. In het geval van promovendi kan dit bijvoorbeeld een tijdsverlies betekenen. Hazeleger: “Wij zullen per onderzoeker moeten kijken  hoe we hen kunnen ondersteunen. Wij zijn ons in ieder geval bewust van de ernst van de situatie.”