Geen verplichte training didactiek voor student-assistenten

Het universiteitsbestuur ziet niets in een verplichte didactische cursus voor student-assistenten. Volgens studenten in de U-raad is er grote behoefte aan training van studenten die voor het eerst onderwijs geven.

Volgens de studentgeleding in de U-raad balen studenten wanneer ze een minder sterke student-assistent treffen als werkgroepdocent. Veel studenten denken immers dat hun eindcijfer voor een groot deel afhankelijk is van de kwaliteit van de werkcolleges.

Maar ook student-assistenten zelf en de begeleidende docenten geven aan dat extra aandacht voor onderwijsvaardigheden geen overbodige luxe is. Dat schrijven de studenten uit de U-raad in een nota aan het universiteitsbestuur. 

De U-raadstudenten vinden het niet verwonderlijk dat de doceerkwaliteiten van sommige studenten-assistenten te wensen over laten. De assistenten worden immers in de eerste plaats geselecteerd op hun inhoudelijke kennis. De vraag of ze ook in staat zijn die kennis over te brengen, komt vaak niet aan een bod.

In de nota die deze week op de agenda stond van een raadsvergadering wordt daarom gepleit voor een korte training aan het begin van de eerste cursus waarbij een student-assistent betrokken is. Als voorbeeld noemen de U-raadstudenten daarbij een training die het Freudenthal Instituut op dit moment ontwikkelt op verzoek van de bètafaculteit. Student-assistenten leren daarin onder meer feedback te geven en een juiste werksfeer te creëren.

Het universiteitsbestuur reageerde echter afwijzend op het verzoek. Volgens rector Bert van der Zwaan wegen de kosten van een dergelijk initiatief niet op tegen de opbrengsten. De meeste student-assistenten geven immers maar een beperkt aantal colleges aan de universiteit. Ook zouden de onderwijsvormen waarbij studenten betrokken zijn, zeer verschillend zijn.  

Volgens Van der Zwaan blijkt uit cursusevaluaties bovendien niet dat het onderwijs door student-assistenten tot grote problemen leidt. “Over het algemeen zie je daar veel tevredenheid.”

De rector vindt daarom dat faculteiten en opleidingen zélf het best kunnen bepalen in welke gevallen er een noodzaak is om student-assistenten extra te scholen. “De behoefte aan extra training wil ik best nog eens onder de aandacht brengen van de decanen, maar ik ga het niet verplichten.”

 

Advertentie