Gemoedelijke kip-ei-discussie over leraren
Iedereen kent wel een leraar die een onuitwisbare indruk heeft achtergelaten. Maar hoe leid je goede leraren op? Daarover ging het Onderwijscafé van VVD en LSVb, vrijdag in de Eerste Kamer.
“Ik ben dus de VVD’er en de meneer naast mij is van de studentenvakbond”, opent VVD-senator Jan Anthonie Bruijn het Onderwijscafé. “Ik heb hem nog aangeraden om een trui te dragen, zoals het hoort in de vakbond.” Maar nee, beide debatleiders zijn in jasje-dasje naar de Eerste Kamer gekomen.
In de derde editie van het Onderwijscafé staan leraren centraal. Er werken er veel in het hoger onderwijs, maar misschien wel belangrijker voor het debat: hogescholen en universiteiten leiden er vooral veel op.
En dat valt soms nog niet mee. Recent werd bekend dat de instroom in de pabo dramatisch is gedaald als gevolg van nieuwe ingangstoetsen. “Een schijnoplossing”, noemt LSVb-voorzitter Sara Spano die toetsen tijdens het debat. “Het probleem zit in het niveau van het voortgezet onderwijs. Het wordt tijd dat het eindexamendiploma weer van waarde is.´
Dat is natuurlijk een beetje een kip-ei discussie, reageert een leraar in de zaal. Op de pabo worden immers de leraren opgeleid die kinderen klaarstomen voor het voortgezet onderwijs. Ook de leraren op de middelbare scholen hebben een hbo- of wo-diploma.
Ron Bormans, collegevoorzitter van de Hogeschool Rotterdam, vindt het niet meer dan eerlijk om aankomend studenten op tijd te laten weten of ze de bagage hebben om een pabodiploma te halen. “Het niveau van de pabo ligt veel hoger dan een paar jaar geleden, niet iedereen kan daar aan voldoen.”
De sfeer is goed, niet in de laatste plaats dankzij debatleider Bruijn. Die merkt terloops op dat linkse partijen blij zijn dat de Tweede Kamer uitkijkt op de McDonalds omdat daar op de gevel staat “dat de beste burger een gegrilde burger is”, om eraan toe te voegen dat de VVD “meer is van de Burger King”.
Er zitten ook veel leraren in de groene bankjes van de senaat. Een lerares Frans op een vwo-school die vindt dat alle leraren een masteropleiding nodig hebben, een vmbo-docent die een lans breekt voor meesterbakkers en een basisschooldocent die meer invloed wil op zijn lessen. Voor de microfoon staan rijtjes, de onderwerpen gaan iedereen aan het hart.
Bormans pleit ter afsluiting voor meer zelfvertrouwen bij leraren. “Hou op met praten over de onderwijsinspectie. We maken die mensen te belangrijk. Ik zou zeggen, ga het gewoon doen.”
“Ik durf de stelling wel aan dat er weinig beroepsgroepen zijn die zo veel vrijheid hebben als leraren”, legt hij bij de borrel uit. “Maar dat ervaren zij niet zo. Er zit een bepaalde angst, die moeten we van ons afschudden. Dat is ook aan ons, als bestuurders. Er is veel meer mogelijk dan veel leraren geneigd zijn te denken.”