Grote zorgen over plannen voor Kruytgebouw
De herontwikkeling van het Kruytgebouw maakt onderdeel uit van de nieuwe huisvestingsstrategie die de universiteit begin deze week openbaarde. Onderzoekers van de faculteit Bètawetenschappen die in het pand werkzaam zijn kregen eind vorige week een uitnodiging voor een informatiebijeenkomst. Die vindt donderdagochtend plaats. Uit de mail kon al worden opgemaakt dat de universiteit had besloten om het verouderde Kruytgebouw een nieuw leven te geven.
Het bericht leidde tot “ernstige zorgen” en “stevige bezwaren” bij onderzoekers die werkzaam zijn in het pand. De bedoeling is dat de grootschalige renovatie gaat plaatsvinden terwijl elders in het gebouw het wetenschappelijke werk gewoon doorgang vinden. De Kruytbewoners betwijfelen zeer of dat mogelijk is. Lawaai en trillingen kunnen funest zijn, bijvoorbeeld voor microscopie-waarnemingen.
Schade voor onderzoek
“Het vooruitzicht om acht tot tien jaar in een bouwput te werken, schrikt enorm af”, stelt bioloog Mike Boxem. “Iedereen denkt dat dit tot onacceptabele overlast leidt en experimenten gaat beïnvloeden.”
Boxem vraagt zich daarnaast af wat de werkzaamheden gaan betekenen voor de concurrentiepositie van de snel groeiende Utrechtse faculteit Bètawetenschappen. De bèta’s kunnen de komende jaren waarschijnlijk veel nieuwe onderzoekers aanstellen. “Maar wie wil er naar een gebouw dat jarenlang in de steigers staat?”
Namens het Young Investigators Forum, een groep jonge Utrechtse lifesciences-onderzoekers, stuurde voorzitter Boxem een brief naar het faculteitsbestuur waarin de zorgen worden geuit.
Weinig realistisch
Ook de gezamenlijke biologiehoogleraren hebben het faculteitsbestuur formeel laten weten zeer ongelukkig te zijn met het besluit. Hoogleraar Sander van den Heuvel vreest “veel frustratie” en “verstoring van experimenten”. “Het is erg gemakkelijk om te stellen dat de overlast binnen de perken blijft, maar hoe realistisch is dat?”
Van den Heuvel ziet veel meer in de plannen die er eerder lagen voor twee nieuwe gebouwen voor de bèta’s, een naast het De Wiedgebouw en één in de noordwest-hoek. ““Ik hoop dat er nog steeds gedacht kan worden aan doorverkoop van het Kruytgebouw aan een andere partij. En anders aan tijdelijke ruimte voor de faculteit elders.”
Dat de UU overwoog om het Kruytgebouw toch niet te slopen, zoals lange tijd de bedoeling was, was overigens geen verrassing voor de Kruytbewoners. Kort voor de zomer kwam al de mededeling dat de sloopplannen voor het verouderde pand in de ijskast werden gezet in afwachting van proefmetingen. Die moesten uitwijzen of herontwikkeling in bewoonde staat mogelijk zou zijn. Volgens Boxem en Van den Heuvel waren de resultaten daarvan echter duidelijk: “Mensen die erbij waren, vonden het vreselijk.”
Renovatie is mogelijk
Faculteitsdirecteur Klaas Druijf zegt de bezorgdheid van de Kruyt-onderzoekers over de bouwoverlast te delen, maar hij denkt dat de herontwikkeling in bewoonde staat wel mogelijk is. Volgens hem zijn er bij de proefmetingen ook worst case scenario’s getest zodat de best mogelijke maatregelen genomen kunnen worden genomen om geluidsoverlast te beperken. “Maar de zorgen zijn terecht. Het zal ook niet gratis zijn om die overlast zo klein mogelijk te maken. We zullen daar veel voor moeten doen.”
Volgens Druijf heeft het universiteitsbestuur een afweging moeten maken tussen de nadelen van herontwikkeling van het Kruytgebouw (grote overlast) en de voordelen (duurzamer, mogelijke kostenbesparing en meer mogelijkheden voor groei). “We groeien snel, dat vraagt de maatschappij ook. In het Kruytgebouw kunnen we gemakkelijker doorgroeien dan in de gebouwen die gepland stonden.”
Druijf erkent dat langdurige en grootschalige bouwactiviteiten potentiële nieuwe medewerkers en onderzoekstoppers kunnen afschrikken. “Maar de reputatie van de Utrechtse biologen is fantastisch en hangt gelukkig niet alleen af van het gebouw. We kunnen bovendien ook vertellen dat we prachtige nieuwe labs in het Kruytgebouw gaan maken. En het door sommigen geschetste beeld dat de verbouwing acht tot tien jaar gaat duren, komt niet overeen met wat de bouwplanning aangeeft. Het is mogelijk om in vijf jaar met beheersbare overlast te renoveren, met een maximum van acht jaar als écht alles tegenzit.”
De bijeenkomst donderdagochtend in het Kruytgebouw vindt vanaf 9.00 uur plaats op de eerste verdieping. Collegevoorzitter Anton Pijpers en de directie Vastgoed & Campus zullen daar uitleg geven over de plannen.