Instant accreditatie voor nieuwe opleidingen, zegt RvS

Nieuwkomers met een goed idee voor een opleiding moeten meteen een stempel van goedkeuring kunnen krijgen, oordeelde de Raad van State vandaag. Was dat wel de bedoeling van de wet, of is er een foutje ingeslopen?

De uitspraak van de Raad van State staat bol van de juridische haarkloverij, maar komt in het kort hier op neer: nieuwe aanbieders van hoger onderwijs hoeven niet eerst een hele lichting studenten op te leiden voor ze in aanmerking komen voor accreditatie.  

Dat is in tegenspraak met wat onderwijskeurmeester NVAO altijd heeft gezegd. Die leidde uit de wet af dat een onderwijsaanbieder zonder al goedgekeurde opleidingen eerst een hele lichting studenten moet laten afstuderen. Pas dan zou er een oordeel kunnen worden geveld over de onderwijskwaliteit. Bij een hbo-bacheloropleiding duurt dat minstens vier jaar.  

“Dit verlaagt de drempel voor nieuwkomers aanzienlijk”, reageert onderwijsjurist Frank Hendriks van adviesbureau Hobéon op de uitspraak van de Raad van State. “Het is natuurlijk ontzettend moeilijk om een groep studenten zover te krijgen dat ze onderwijs bij jou gaan volgen terwijl je nog geen accreditatie hebt. Dat probleem wordt hiermee doorbroken.” 

Dit betekent niet dat nieuwe studies nu zomaar een stempel van goedkeuring krijgen. Net als alle andere nieuwe opleidingen in het hoger onderwijs worden ze vóór ze beginnen onderworpen aan de zogeheten ‘toets nieuwe opleiding’. Dus niet meer pas nadat de eerste studenten een diploma hebben behaald.  

Maar het is de vraag hoe het ministerie van Onderwijs gaat reageren op de wetsinterpretatie van de Raad van State. Die overweegt onder meer dat in de wet al een bepaling staat dat nieuwe opleidingen na drie jaar opnieuw getoetst worden op feitelijke kwaliteit in plaats van na de gebruikelijke zes jaar. Daardoor zouden studenten voldoende beschermd zijn tegen de gevaren van een ‘papieren’ toetsing van nieuwe opleidingen.  

Hendriks: “Die bepaling is redelijk recent. Was het bedoeling van de wetgever dat ook nieuwkomers er onder zouden gaan vallen of is hier sprake van slordig wetgeven? Ik ben erg benieuwd naar de reactie van het ministerie.” 

Dat wil nog niet inhoudelijk reageren. “We bestuderen de uitspraak en denken na over wat die betekent”, aldus een woordvoerder. Vandaag volgt overleg met de NVAO.

Nieuws
on 07/04/2016

Nieuwkomers met een goed idee voor een opleiding moeten meteen een stempel van goedkeuring kunnen krijgen, oordeelde de Raad van State vandaag. Was dat wel de bedoeling van de wet, of is er een foutje ingeslopen?

De uitspraak van de Raad van State staat bol van de juridische haarkloverij, maar komt in het kort hier op neer: nieuwe aanbieders van hoger onderwijs hoeven niet eerst een hele lichting studenten op te leiden voor ze in aanmerking komen voor accreditatie.  

Dat is in tegenspraak met wat onderwijskeurmeester NVAO altijd heeft gezegd. Die leidde uit de wet af dat een onderwijsaanbieder zonder al goedgekeurde opleidingen eerst een hele lichting studenten moet laten afstuderen. Pas dan zou er een oordeel kunnen worden geveld over de onderwijskwaliteit. Bij een hbo-bacheloropleiding duurt dat minstens vier jaar.  

“Dit verlaagt de drempel voor nieuwkomers aanzienlijk”, reageert onderwijsjurist Frank Hendriks van adviesbureau Hobéon op de uitspraak van de Raad van State. “Het is natuurlijk ontzettend moeilijk om een groep studenten zover te krijgen dat ze onderwijs bij jou gaan volgen terwijl je nog geen accreditatie hebt. Dat probleem wordt hiermee doorbroken.” 

Dit betekent niet dat nieuwe studies nu zomaar een stempel van goedkeuring krijgen. Net als alle andere nieuwe opleidingen in het hoger onderwijs worden ze vóór ze beginnen onderworpen aan de zogeheten ‘toets nieuwe opleiding’. Dus niet meer pas nadat de eerste studenten een diploma hebben behaald.  

Maar het is de vraag hoe het ministerie van Onderwijs gaat reageren op de wetsinterpretatie van de Raad van State. Die overweegt onder meer dat in de wet al een bepaling staat dat nieuwe opleidingen na drie jaar opnieuw getoetst worden op feitelijke kwaliteit in plaats van na de gebruikelijke zes jaar. Daardoor zouden studenten voldoende beschermd zijn tegen de gevaren van een ‘papieren’ toetsing van nieuwe opleidingen.  

Hendriks: “Die bepaling is redelijk recent. Was het bedoeling van de wetgever dat ook nieuwkomers er onder zouden gaan vallen of is hier sprake van slordig wetgeven? Ik ben erg benieuwd naar de reactie van het ministerie.” 

Dat wil nog niet inhoudelijk reageren. “We bestuderen de uitspraak en denken na over wat die betekent”, aldus een woordvoerder. Vandaag volgt overleg met de NVAO.

Tags: accreditatie

Advertentie