Kamer vraagt meer garanties voor gedupeerde studenten
Studenten van Inholland krijgen schadevergoedingen tot 5730 euro omdat ze buiten hun schuld studievertraging opliepen. De Tweede Kamer beschouwt de kwestie als toetssteen voor de kwaliteitszorg in het hoger onderwijs. Zeker nu er ook onvoldoendes zijn gevallen bij de universitaire geesteswetenschappen.
De schadevergoeding voor vertraagde studenten bedraagt gemiddeld 1775 euro, meldt minister Bussemaker aan de Tweede Kamer. Tot nu toe kregen 52 studenten geld van de hogeschool.
Het gaat om afstudeerders van de opleidingen Commerciële Economie en Media & Entertainment Management. Aan die opleidingen kwamen in 2010 grote problemen aan het licht. Het niveau van het onderwijs was er te laag, waardoor sommige studenten niet goed werden voorbereid op hun afstuderen. Zij ondervinden daar nu nog de gevolgen van.
De Tweede Kamer had gevraagd of studenten wel goed waren geïnformeerd over de mogelijkheid om afstudeersteun te krijgen. Minister Bussemaker vroeg Inholland nogmaals alle studenten te benaderen. Daarop hebben tachtig studenten alsnog om steun verzocht. Een speciale commissie buigt zich over deze verzoeken.
Zorgen over de afstudeerbegeleiding van Inholland probeert Bussemaker in haar brief weg te nemen. De hogeschool laat zien “de nodige inspanningen te leveren om studenten succesvol, en zonder aan de kwaliteit van de opleidingen te tornen, naar de eindstreep te brengen”, schrijft ze.
Toch is oppositiepartij D66 niet tevreden over de brief van de minister. “Nee, natuurlijk niet”, zegt Kamerlid Paul van Meenen. “Deze brief gaat alleen maar over de vraag of studenten voldoende afstudeersteun krijgen. Maar er zijn ook studenten die hun diploma helemaal niet gaan halen. Die studenten hadden in hun eerste jaar moeten horen dat ze niet in staat zouden zijn om het niveau te halen. Zij zijn op het verkeerde been gezet en hebben vier, vijf studiejaren vergooid. Noch de instelling, noch de minister voelt daar kennelijk enige verantwoordelijkheid voor.”
Samen met Jasper van Dijk (SP) had Van Meenen een motie ingediend over vergoedingen voor deze studenten van Inholland. Ze zouden bijvoorbeeld een deel van hun studieschuld kwijtgescholden moeten krijgen. Minister Bussemaker voelt daar niets voor.
De Tweede Kamer volgt de gang van zaken bij Inholland op de voet. De parlementariërs beschouwen de kwestie als toetssteen voor de kwaliteitszorg in het hoger onderwijs: wat gebeurt er als een opleiding niet aan de maat is en komen problemen wel op tijd bovendrijven?
Nu ook in de universitaire geesteswetenschappen allerlei opleidingen niet goed genoeg blijken, zouden de universiteiten en de minister moeten leren van de kwestie-Inholland, vindt SP-Kamerlid Van Dijk. Er zijn immers studenten geweest die bij nader inzien geen goede scriptie hebben geschreven. Die moeten de gelegenheid krijgen alsnog het niveau te halen.
Bussemaker schuift haar verantwoordelijkheid van zich af, aldus Van Dijk. “Zij zegt dat studenten zelf maar met de examencommissie van hun opleiding moeten praten. Maar de minister zou moeten eisen dat universiteiten een goede financiële regeling treffen met studenten die alsnog een paar vakken moeten volgen of hun scriptie willen herschrijven. De minister stelt dat de diploma’s gewoon geldig zijn, maar dat helpt niet als mensen twijfelen aan het niveau.”