60.000 extra kamers
Kamertekort blijft stijgen, kabinet komt met actieplan
Duizenden studenten zoeken woonruimte en hebben die nog niet gevonden, blijkt uit de nieuwe Landelijke Monitor Studentenhuisvesting van Kences, de koepel van studentenhuisvesters, en het ministerie van Binnenlandse Zaken
De vraag naar studentenhuisvesting zal landelijk toenemen naar ongeveer 500.000, is de verwachting. Ter vergelijking: er waren afgelopen april 409.000 ‘uitwonende’ studenten, inclusief internationale studenten.
Bron: Landelijke Monitor Studentenhuisvesting
Actieplan kabinet
Het kabinet wil er iets aan doen en lanceert vandaag een actieplan voor 60.000 extra studentenwoningen in de komende acht jaar. Het gaat onder meer om nieuwbouw en het stimuleren van hospitaverhuur.
Ook wil het kabinet meer “grip” op de toestroom van buitenlandse studenten. De universiteiten en hogescholen krijgen meer mogelijkheden om de instroom van internationale studenten te beheersen, “zonder dat de voordelen van internationalisering in het gedrang komen”. Het is nog niet bekend welke mogelijkheden dat zijn.
Volgens de Monitor Studentenhuisvesting komt 15 procent van de hbo- en wo-studenten nu uit het buitenland en zal dat oplopen tot 19 procent in collegejaar ’29. Daardoor krijgen de twintig grootste studiesteden een tekort van 45.000 woningen.
De groene lijn zijn internationale studenten die een bachelor of master volgen, de oranje lijn zijn exchange studenten. Landelijke Monitor Studentenhuisvesting
De steden hebben allerlei plannen voor zo’n 23.000 extra studentenwoningen, grotendeels dankzij nieuwbouw, maar er verdwijnen ook een heleboel woningen als gevolg van sloop en herbestemming.
In Utrecht heeft de gemeente in 2019 een convenant ondertekend met huisvesters, onderwijsinstellingen en studentenorganisaties om in 2030 een evenwicht te bereiken tussen vraag en aanbod van betaalbare studentenwoningen. Uit de laatste cijfers blijkt dat er wel extra studentenwoningen bijkomen. Volgens de planning zijn dat 4500 woningen extra in de periode 2020-2025. Daaronder vallen bijvoorbeeld de studentenhuizen bij De Kwekerij, de verbouwing van het Oudenrijnziekenhuis, de studentenwoningen in het Utrecht Science Park en nieuwe woningen op de Livingstonelaan. Maar het is zeer de vraag of het lukt om de balans tussen vraag en aanbod te herstellen. De kamernood in Utrecht is nog altijd hoog. Zo blijkt uit deze monitor van Kences.
Dat geldt ook voor andere studentensteden. Amsterdam bijvoorbeeld wil tot 2030 zo’n 2.500 nieuwe studentenwoningen bouwen, maar die gaan deels naar mbo’ers en recent afgestudeerden. Als je daar de sloop en herbestemming bij optelt, gaat in Amsterdam het aanbod voor studenten krimpen met 700 woningen.
Ook in Haarlem, Leiden, Maastricht en Nijmegen zal de druk op de studentenwoningmarkt verder toenemen. Maar er zijn ook steden waar het anders is: de kamernood in studiesteden als Arnhem, Ede, Eindhoven, Den Bosch en Wageningen zal minder worden.
De primaire groep zijn studenten die wonen in de stad waar ze studeren, de oranje groep betreft studenten die wonen in de ene stad, maar studeren in een andere. Landelijke Monitor Studentenhuisvesting
Thuiswonen
De toename van het aantal universitaire studenten is een van de oorzaken dat het tekort aan studentenwoningen toeneemt. Toch kiest niet elke student voor het wonen op kamers. Uit de monitor blijkt dat ongeveer 47 procent van alle studenten nog thuis woont. Bij de universitaire studenten is dit 29 procent, bij studenten van het hbo 61 procent. De reden hiervoor is verschillend. Met name de oudere studenten willen graag het huis uit. Van de studenten tot en met 22 jaar woont 59 procent nog thuis en van de studenten van 23 jaar en ouder is dit 26 procent. Als voornaamste reden om thuis te wonen, geven studenten als voornaamste reden betaalbaarheid en beschikbaarheid van kamers.
Bron: Landelijke Monitor Studentenhuisvesting
Studio’s lucratiever
Een van de problemen: studenten wonen vaker in een studio en minder vaak op een kamertje. Eén op de vier woont inmiddels in een studio, terwijl dat in 2014 nog maar 14 procent was. Studio’s zijn veel lucratiever voor verhuurders en investeerders. Voor een studio krijgt een student een huurtoeslag van gemiddeld 333 euro per maand, stelt Kences-directeur Jolan de Bie. Daar profiteren ook de verhuurders van omdat ze een hogere huur kunnen vragen.
Kamers van de studentenhuisvesters die onder Kences vallen, kosten volgens het puntensysteem gemiddeld 280 euro huur per maand. “Voor dat geld kunnen we geen nieuwe kamers bouwen of bestaande kamers verduurzamen.” Ze wil minder strikte regels en bepleit huurtoeslag voor kamerbewoners.
Bron: Landelijke Monitor Studentenhuisvesting
Kamers beter voor welzijn
Overigens lijkt wonen op kamers met huisgenoten met wie je voorzieningen deelt bevorderlijk voor het welzijn van studenten. Voor het eerst is daar in de monitor onderzoek naar gedaan. De Bie: “Studeren is een cruciale fase in het leven en het wonen op kamers draagt bij aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van studenten.”
Een ander voordeel van kamers is dat ze langer beschikbaar blijven voor studenten omdat ze voor andere doelgroepen minder aantrekkelijk zijn. “Studio’s die voor studenten zijn gebouwd, worden na een paar jaar voor hogere prijzen aan andere doelgroepen verhuurd die meer te besteden hebben. Dat is een hard gelag voor studenten”, meent De Bie.