In tijden van crisis
Laat wetenschapper samenwerken met verpleger, kunstenaar en ondernemer
Wicked problems worden ze genoemd. Complexe problemen die het gevolg zijn van natuurlijke, maatschappelijke, politieke en economische ontwikkelingen. Hoe pak je die het beste aan?
Uit de coronacrisis zijn al veel lessen getrokken, weet ook de Adviesraad voor Wetenschap, Technologie en Innovatie (AWTI). Het belang van kennis is bijvoorbeeld vaak onderstreept. De snelle ontwikkeling van een coronavaccin kwam immers voort uit fundamenteel onderzoek in eerdere decennia. Je kunt maar moeilijk voorspellen welke kennis we in de toekomst nodig hebben.
Ook het belang van interdisciplinariteit is al vaak belicht. In de coronacrisis hadden virologen aanvankelijk de overhand, terwijl de inzichten van bijvoorbeeld gedragswetenschappers ook van belang waren.
Kennis in de samenleving
Toch heeft één les nog altijd weinig aandacht gekregen: dat ook de samenleving kennis en inzichten heeft die in een crisis van belang zijn. De AWTI doelt op individuen, bedrijven en organisaties die normaal gesproken weinig aan onderzoek en innovatie doen, maar die daar wel toe in staat zijn.
Zo hebben verpleegkundigen, docenten, kunstenaars en ontwerpers allerlei goede ideeën voor de praktijk, meent de AWTI, net als bijvoorbeeld patiëntenverenigingen, de milieubeweging of het bedrijfsleven. Zij zorgen voor “nieuwe, onverwachte invalshoeken die wetenschap en overheid anders mislopen”.
Daarom vraagt de AWTI in een beknopt rapport aandacht voor ‘cocreatie’, waarin overheid, wetenschap en anderen samen tot oplossingen komen. De CoronaMelder is een goed voorbeeld, vindt de AWTI. In korte tijd kwam er een veilige app om mensen te waarschuwen als ze een poosje in de buurt van iemand met corona waren geweest. Daar hebben 3.500 betaalde en vrijwillige experts aan meegewerkt.
Cultuur en horeca
Slechte voorbeelden waren er in de coronacrisis ook. Het kabinet vroeg het bedrijfsleven bijvoorbeeld om plannen voor een veilige heropening. De cultuursector en horeca kwamen met allerlei routekaarten en protocollen, maar daar is weinig mee gedaan. “De overheid wekte zo de indruk te vrijblijvend om te gaan met de bijdrage van de samenleving”, aldus de AWTI.
De overheid moet dus beter omgaan met de bijdragen van buiten de wetenschap en politiek. Cocreatie betekent niet alleen een beroep doen op de samenleving, maar ook zorgen dat je echt iets aan die ideeën hebt, aldus de auteurs, onder wie privacy-activist en AWTI-lid Marleen Stikker.
Cocreatie
Cocreatie klinkt vanzelfsprekend, tot je bij de details komt. Er zijn bijvoorbeeld afspraken nodig “over het eigendom en het gebruik van gezamenlijk behaalde resultaten”, noteert de AWTI. Wie krijgt bijvoorbeeld toegang tot data en onderzoeksresultaten?
Bovendien beperken veel initiatieven zich tot een verkenning. Om tot een vruchtbare oplossing te komen ontbreekt het meestal aan expertise, netwerken en – ook niet onbelangrijk – financiering. Volgens de AWTI moet de overheid hierin bijspringen.