Leegloop docenten Notarieel Recht Utrecht
Het aantal docent-onderzoekers dat vertrekt bij Notarieel Recht van de Rebo-faculteit is verontrustend. Vanaf blok 4 is er geen hoogleraar meer en zijn vrijwel alle vertrouwde docenten weg. Departementshoofd Ige Dekker van Rechten werkt aan een oplossing.
Vlak voor blok 4 begint, loopt het contract af van de enige hoogleraar Nora van Oostrom en gaat zij weg bij de universiteit. Haar huidige leerstoel verdwijnt en wordt vervangen door een andere leerstoel waar zij niet voor in aanmerking lijkt te komen. Verder verlaat docent Hafida Bounjouh en een docent-promovenda het departement. Al eerder vertrok docent Fred Schonewille. Twee docenten die bij elkaar opgeteld nog geen fulltime aanstelling hebben, blijven over.
De reorganisatie van Rechten eist haar tol. Het departement maakte vorig jaar keuzes in het onderzoek waardoor een kwart van de wetenschappelijke staf moet vertrekken. Voor Notarieel Recht geldt, zo zei decaan Henk Kummeling in maart 2012, dat het traject blijft bestaan, maar dat er minder werk is in het notariaat waardoor de opleiding meer wordt ingebed in het burgerlijk recht. Vandaar dat de huidige leerstoel Notarieel Recht wordt geschrapt en er een nieuwe leerstoel komt die Burgerlijk Recht , in het bijzonder Goederenrecht en Notarieel Recht gaat heten. Hiervoor moet nog een hoogleraar worden aangetrokken.
Zorgen over onderwijskwaliteit
De reorganisatie slaat een groot gat bij Notarieel Recht. De vertrekkende docenten en betrokken studenten maken zich zorgen over de ontwikkelingen. Zoals over de kwaliteit van het onderwijs.
“Een aantal colleges wordt nu gegeven door docenten die gespecialiseerd zijn op een ander rechtsgebied. Zij missen de praktijkervaring van docenten die uit het notariaat komen en moeten zichzelf de collegestof vaak nog eigen maken”, zegt Van Oostrom.
Bounjouh die vertrekt omdat haar contract afloopt: “Op zich vind ik het een goed uitgangspunt van het departement om docenten breder in te zetten dan op hun eigen vakgebied, maar docenten moeten natuurlijk wel boven de stof staan. Dat kan alleen als ze de tijd krijgen om zich te verdiepen in het vak dat ze moeten doceren. Nu lopen sommige docenten maar een week voor op de studenten. Ik vraag me af of dat het onderwijs is dat je op een universiteit verwacht.”
“Toen de plannen voor het nieuwe profiel bekend werden, werd verzekerd dat het Notarieel Recht zou blijven bestaan”, zegt Schonewille die gebruik maakte van de regeling vrijwillige mobiliteit. “Maar naar mijn idee wijst alles er op dat de opleiding wordt afgebroken, want er wordt geld aan onttrokken. Als je docenten zonder praktijkervaring college laat geven, is het einde daar.”
Schonewille zag vorig jaar dat hij in aanmerking kwam voor de regeling vrijwillige mobiliteit: “Acht jaar geleden ben ik bij Notarieel Recht terecht gekomen, even na Nora van Oostrom. In die jaren is er van een klassiek notariële opleiding een brede opleiding gemaakt die meer studenten trok. Daar is door onze kleine staf hard aan gewerkt. Uiteindelijk waren we een college avant la lettre. Ik zag wat het departement van de opleiding wilde maken en besloot daar niet aan te willen meewerken. Daarom ben ik vertrokken. Zonder rancunes overigens.”
Vacante leerstoel
Een ander punt waar de docenten zich druk om maken, is dat er nog geen hoogleraar is aangesteld op de nieuwe leerstoel. Vreemd is, zeggen Schonewille en Bounjouh, dat Van Oostrom die sinds oktober 2012 ook woordvoerder en boegbeeld is van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie, hiervoor niet is gevraagd. Schonewille: “Zij is denk ik de enige die de kwaliteiten van specialist goederenrecht en specialist notarieel recht in zich verenigt en dan is het op zijn minst merkwaardig dat haar contract niet wordt verlengd voor de nieuwe leerstoel. Er wordt hiervoor ook geen duidelijke grond gegeven. Daarnaast doet de universiteit erg veel moeite om het aantal vrouwelijke hoogleraren te vergroten en is het ook vanuit dat perspectief bezien onbegrijpelijk dat men Nora niet wenst te behouden.”
Zelf snapt Van Oostrom het ook niet. “Misschien heb ik met mijn oratie over wat in mijn ogen academisch onderwijs moet zijn al tegen schenen geschopt”, lacht ze om meteen daarna serieus te vervolgen: “Ik ben hoogleraar Notarieel Recht en mijn onderzoekspecialisatie is Onroerend Goed. Bovendien voldoe ik aan de publicatieverplichtingen. Mijn collega hoogleraren notarieel recht hebben mij in 2011 een landelijke prijs toegekend als meest innovatieve persoon op notarieel terrein. Dat lijken mij toch voldoende kwalificaties.”
In de faculteitsraad werd vorig jaar bij het bespreken van het nieuwe rechtenprofiel door de studenten gevraagd of hoogleraar Van Oostrom niet kon blijven. Het gebeurt bijna nooit dat in een medezeggenschapsraad in het openbaar gesproken wordt over de positie van een bepaalde medewerker. Volgens de student zou haar vertrek een groot gemis zijn. Van Oostrom is in 2010 door de studenten verkozen tot docent van het jaar.
Hoewel het hoofd van het departement Rechten Ige Dekker niet ingaat op de positie van Van Oostrom, zegt hij dat op dit moment de laatste hand wordt gelegd aan het structuurrapport van de nieuwe leerstoel. Dit rapport wordt over zo'n twee weken openbaar en vormt de grondslag van de sollicitatie en benoemingsprocedure voor de nieuwe hoogleraar. "In dit rapport geven wij aan waarom en hoe we het notarieel recht en de notariële bachelor- en masteropleiding sterker gaan inbedden in het algemene privaatrecht, in het bijzonder het goederenrecht."
Studenten willen goede docenten
Het schrappen van de leerstoel Notarieel Recht en het daarmee samenhangende vertrek van hoogleraar Van Oostrom, was één van de redenen waarom studenten Anne Zijlstra en Hein Vente aan de bel trokken bij het departementsbestuur. De masterstudenten zaten toen in het bestuur van studievereniging Vevanos. Hoewel het Rebo-bestuur de studenten al verzekerd had dat het traject en de master voor Notarieel Recht zou voortbestaan, maakten ze zich toch zorgen over de toekomst van hun opleiding.
“De communicatie hierover was toen heel slecht. Dat zorgde voor veel onrust onder studenten die zich bijvoorbeeld afvroegen of ze hier in Utrecht nog wel een master Notarieel Recht konden gaan doen”, zegt Anne. “We schrokken er ook van dat Nora van Oostrom weg moest. Alle studenten vinden haar een goede docent. Ook heeft ze een goede reputatie bij alle grote kantoren waardoor de kantoren graag studenten uit Utrecht willen."
De masterstudenten vinden het belangrijk dat de docenten die hen gaan vervangen praktijkervaring hebben en met veel enthousiasme doceren zoals de huidige docenten. Voorbeelden die uit boeken komen, halen het niet bij voorbeelden uit de praktijk, is hun ervaring.
De hoop van Vevanos was in die tijd ook dat er misschien een apart college zou komen voor Notarieel Recht. Anne en Hein: “Toen wij hoorden dat het aantal colleges zou worden uitgebreid, leek het ons voor de hand liggen dat er één voor Notarieel Recht zou zijn. Van alle opleidingen in het land, is de Utrechtse de beste. Daarbij werken studenten en docenten al zoals dat in een college gewenst is, maar helaas is het daar niet van gekomen.”
Hoop voor de toekomst
Het huidige bestuur van Vevanos heeft inmiddels ook een aantal keren met het departementsbestuur gesproken. Vevanosvoorzitter Nikki Scheltens en Eerste Schrijver Sharon Beekmans: “De communicatie is verbeterd, daardoor is de eerdere onrust onder studenten weggenomen. Het bestuur heeft ons verzekerd dat er goede vervanging komt voor de docenten die zijn vertrokken of gaan vertrekken en dat er ook een nieuw boegbeeld voor de opleiding komt. We vertrouwen er op dat het bestuur zijn belofte nakomt.”
Ige Dekker verzekert de studenten dat het onderwijs op het vereiste kwalitatieve niveau wordt voortgezet. "De afgelopen jaren is stroomden er bij het bachelortraject en de masteropleiding zo'n 50 studenten in. Dat zijn prima cijfers die een voortzetting van de opleidingen meer dan rechtvaardigen."
Notarieel Traject
Bachelorstudenten Rechtsgeleerdheid moeten na anderhalf jaar een traject van het Recht kiezen, het Notarieel Traject is daar één van. Vanuit de beroepspraktijk worden strenge eisen gesteld aan de kennis die toekomstige notarissen moeten hebben. Vandaar dat het traject tot aan het einde van het derde jaar vol verplichte vakken zit. Studenten krijgen in Utrecht een brede civiele en fiscale opleiding.
Studenten die dit traject hebben afgerond kunnen de eenjarige master Notarieel Recht doen. Wie de praktijk in wil, heeft daarna nog een lange weg te gaan. Eerst moet je aangenomen worden bij een kantoor. Je bent dan Kandidaat Notaris Stagiair. Vier dagen in de week werk je, en één dag in de twee weken ga je terug naar college. Wie na drie jaar alle tentamens haalt, mag worden beëdigd door de rechtbank. Dan ben je waarnemingsbevoegd Kandidaat Notaris. Na zes jaar fulltime praktijk ervaring kan je worden benoemd tot notaris.
Van de studenten Notarieel Recht in Utrecht doen velen tegelijkertijd het ‘Togatraject‘ waarmee ze advocaat of rechter kunnen worden.