Leenstelsel: Jonge Democraten wachten af

Blij is een groot woord, zegt voorzitter Stefan de Koning van de Jonge Democraten. In principe vindt hij het goed dat er een leenstelsel komt, maar dan moet het onderwijs er echt op vooruitgaan.

Als de voortekenen niet bedriegen, ligt er spoedig een akkoord tussen VVD, PvdA, D66 en GroenLinks over het afschaffen van de basisbeurs. De jongeren van GroenLinks verzetten zich tegen de plannen, maar die van D66 wachten liever het voorstel af.
“We willen wel dat het daadwerkelijk effectief is”, zegt De Koning. “Hoe je het ook wendt of keert, tegenover het verlies van de basisbeurs moet beter onderwijs staan. De opbrengst zal zo’n 500 tot 600 miljoen euro zijn. Daarvoor moeten er meer docenten en vooral meer contacturen komen.”
Het Nederlandse hoger onderwijs behoort al tot de top van de wereld, meent De Koning, “zeker als je kijkt hoe breed en toegankelijk het is. Zo beschouwd doen onze universiteiten het heel erg goed.”
Toch denkt hij dat er extra investeringen nodig zijn. “Een kleine boost kan al enorm helpen. Op onze lauweren rusten is zeker geen optie, want de rest van de wereld staat niet stil. Het is essentieel dat we naast deze investering de komende jaren nog meer geld voor onderwijs uittrekken.”
Over de toegankelijkheid van het hoger onderwijs maakt hij zich geen zorgen. “Je eindigt niet alleen met een studieschuld, maar ook met een diploma. De schuld kun je straks in dertig of veertig jaar terugbetalen en je gaat significant meer verdienen dan iemand die geen hoger onderwijs heeft gevolgd. Het is meer een psychische barrière dan een werkelijke drempel.”