Geen zicht op onafhankelijkheid
Lijsten met sponsors hoogleraren bieden schijntransparantie
De medische faculteit van de Erasmus Universiteit Rotterdam krijgt geld van de farmaceutische bedrijven Novartis, Roche en Pfizer voor onderzoek naar gepersonaliseerde kankermedicatie. Dat is niet per se verdacht; zonder dit geld zou het onderzoek misschien niet eens kunnen plaatsvinden.
Maar de hoogleraar van dit onderzoek staat niet in de lijst met leerstoelen die extern gefinancierd worden. En zijn collega’s staan er ook niet op. Alhoewel het Erasmus MC miljoenen euro’s van bedrijven krijgt, is de lijst met extern gefinancierde hoogleraren bijzonder kort: het zijn er nul.
Alleen salarissen
Universiteiten zouden dit jaar transparant maken welke financiële banden hun hoogleraren met bedrijven, stichtingen of andere organisaties hebben. Het geld komt immers van alle kanten: van de fossiele industrie tot de pesticidenlobby, en van belastingadviseurs tot de belastingdienst. Hoe weten we of wetenschappers onafhankelijk genoeg zijn?
Na veel politiek getouwtrek zetten universiteiten lijsten met externe financiers van leerstoelen online. (Ook de Universiteit Utrecht deed dat, klik hier red.) Maar die bieden weinig inzicht, blijkt uit onderzoek van het Hoger Onderwijs Persbureau. Alleen wie meebetaalt aan het salaris van een hoogleraar komt op die lijst. De financiers van specifieke onderzoeksprojecten blijven er buiten.
Zo vermeldt de Erasmus Universiteit welgeteld één hoogleraar accountancy, wiens leerstoel mede door Ernst & Young wordt betaald, plus een aantal bijzonder hoogleraren. Uit het jaarverslag blijkt echter dat de universiteit vorig jaar van bedrijven 31 miljoen euro kreeg voor onderzoek. Nog eens 106 miljoen kwam van andere externe financiers, zoals stichtingen, overheidsinstellingen of ‘internationale organisaties’.
Veruit het grootste deel van dat geld gaat naar het Erasmus MC. Daar lopen dus genoeg extern gefinancierde hoogleraren rond. Waarom staan die niet in de lijst? Het antwoord is dus dat niet hun leerstoel wordt betaald, maar hun onderzoek. Geld voor onderzoek werven de hoogleraren “op persoonlijke titel”, zegt een woordvoerder, en hoeft volgens hem niet openbaar gemaakt te worden.
Deze financiering van onderzoek is overigens niet geheim. Gewoonlijk maken wetenschappers zelf bekend door wie ze gesponsord worden. Dat schrijft de wetenschappelijke integriteitscode voor. Maar een centraal, actueel en volledig overzicht van geldschieters ontbreekt.
Meer transparantie
In april beloofde het vorige kabinet meer transparantie over de geldstromen achter wetenschappelijk onderzoek. Toenmalig minister Dijkgraaf schreef de Tweede Kamer dat hij het “belangrijk vindt dat transparant is wie leerstoelen en onderzoek financiert”.
Terwijl de minister dat opschreef plaatsten universiteiten de beloofde lijsten ‘externe financiering hoogleraren’ online. Daarbij ging het niet om de ‘bijzonder hoogleraren’. Die zijn meestal in dienst van een bedrijf. Van hen hadden ze al eerder lijsten gepubliceerd. Dat ging trouwens niet in een keer goed, want aanvankelijk bleken ze de nodige fouten bleek te bevatten.
De lijsten die dit voorjaar online kwamen gaan over ‘gewone’ hoogleraren. Ook die worden soms namelijk gesponsord. Zo blijkt nu dat in Tilburg een hoogleraar internationaal bankieren betaald wordt door de Europese Centrale Bank en een hoogleraar indirecte belastingen krijgt er geld van een belastingadvieskantoor. In Leiden wordt de leerstoel internationaal recht en geopolitiek medegefinancierd door Kikkoman Foods.
Verzwegen
Deze lijsten zijn een reactie op onthullingen over bedrijven die heimelijk meebetaalden aan het salaris van hoogleraren. Toen Nieuwsuur in 2022 de zoveelste financiële constructie openbaarde (de belastingdienst verzweeg de financiering van een hoogleraar belastingrecht) ging minister Dijkgraaf met de rectoren van universiteiten in gesprek. Die waren het volstrekt met hem eens, schreef Dijkgraaf naderhand: het moet duidelijk zijn “wie meebetaalt aan leerstoelen en wetenschappelijk onderzoek”.
Maar dat de minister de financiers van ‘leerstoelen en onderzoek’ steeds in één adem noemt, wil niet zeggen dat de universiteiten ook beide bekendmaken. Het voorbeeld van de Erasmus Universiteit staat niet op zichzelf. De universiteiten hebben samen afgesproken dat ze de financiering van onderzoeksprojecten erbuiten laten, bevestigt koepelvereniging UNL.
Ook Wageningen Universiteit heeft daarom géén gewone hoogleraren die extern gefinancierd worden, beaamt de woordvoerder. Toch kreeg de universiteit in 2023 zo’n 12 miljoen euro van bedrijven voor onderzoek.
De instelling kwam deze week nog in het nieuws omdat Wageningse onderzoekers hadden bijgedragen aan de pesticidenlobby. De onderzoekers werden eerst door die lobby ingehuurd om onderzoek te doen en hielpen daarna mee aan pr-uitingen van de lobbyisten. Het bestuur van de Wageningen Universiteit erkende vrijdag tegenover tv-programma Zembla dat de onderzoekers daarmee ‘de schijn van belangenverstrengeling’ hebben gecreëerd.
Gekleurd
Deze onderzoekers zijn geen hoogleraar. Ze zouden daarom sowieso niet op de lijst met externe financiers komen. Maar de Wageningse casus laat wat SP-Tweede Kamerlid Sandra Beckerman betreft wel duidelijk het probleem zien: “Doordat bedrijven meebetalen heb je kans op gekleurd onderzoek. Ook verdringen ze noodzakelijk onderzoek waar dan geen tijd of geld voor is.”
Dat probleem is structureel, denkt Beckerman: “We zitten nu in een soort cirkeltje waarin dit soort kwesties nieuws worden en de universiteit sorry zegt, maar het blijft doorgaan. De afhankelijkheid van externe financiering is te groot en wordt door de bezuinigingen van de nieuwe minister alleen maar groter.”
Inkomsten universiteiten
Betalingen van bedrijven, stichtingen, overheden, internationale organisaties en soortgelijke financiers vormen ongeveer een vijfde van de inkomsten van universiteiten. Deze zogeheten ‘derde geldstroom’ bedroeg in 2022 zo’n 1,7 miljard euro.
Op verzoek van het HOP heeft het Rathenau Instituut uitgezocht hoeveel geld daarvan voor onderzoek bestemd is (en dus niet voor cursussen, zaalhuur enzovoorts). Dat blijkt 84 procent, oftewel 1,4 miljard euro.
Hoe het nieuwe kabinet over transparantie denkt, is nog even afwachten. Het ministerie van Onderwijs laat weten dat universiteiten zelf verantwoordelijk zijn voor het bijhouden van “actuele, volledige, vergelijkbare en toegankelijke” lijsten met geldschieters van leerstoelen.
Nieuwe richtlijn
Maar het ministerie zegt ook dat de ambtenaren “samen met in ieder geval de Universiteiten van Nederland” aan een nieuwe richtlijn werken die de transparantie van onderzoeksfinanciering moet verbeteren. De verwachting is dat deze in 2025 wordt afgerond.
De Partij voor de Dieren vindt dat het allemaal allang openbaar had moeten zijn, zegt Tweede Kamerlid Ines Kostić. Het moet bijvoorbeeld duidelijk zijn hoeveel onderzoek de fossiele industrie en de landbouwsector sponsoren, vindt ze. Afgelopen januari is haar motie aangenomen die tot de richtlijn opriep.
Toch deelt niet iedereen haar standpunt. Van de (toen nog formerende) coalitiepartijen stemde alleen NSC voor haar motie. PVV, VVD en BBB waren tegen.