Meet the professor en zijn hond: 'Ik had een labjas verwacht'

Voor groep 8 van de Kathedrale Koorschool was het geen gewone woensdagochtend. Niet hun juf Elsbeth, maar hoogleraar Diergeneeskunde Björn Meij stond voor de klas. Hij nam deel aan het lustrumevent Meet The Professor.


Gehuld in toga fietst Björn Meij de Plompetorengracht op, waar hij op nummer vijf opgewacht wordt door een groep enthousiaste leerlingen. Hij hoefde niet ver te peddelen. De 134 deelnemende professoren stapten na een goed ontbijt in het Academiegebouw op de fiets naar ‘hun’ school.

Het professorenbezoek is een project van het Wetenschapsknooppunt Utrecht voor de 380ste verjaardag van de Universiteit Utrecht. Behalve het vieren van het lustrum heeft het project ook als doel een nieuwe generatie kennis te laten maken met wetenschap.

Björn Meij werd in april 2014 benoemd tot hoogleraar chirurgie gezelschapsdieren. Hij doet onder andere onderzoek naar slijtage van tussenwervelschijven bij honden wat onder andere rugpijn veroorzaakt.

Voor hem is het schoolbezoek een manier om de maatschappij wat meer bij zijn vak te betrekken. “Als professor zit je met je onderzoek toch vaak een beetje op een eiland. Projecten als deze zijn dan een leuke mogelijkheid om de maatschappij meer over mijn werk te vertellen en de twee dichter bij elkaar te brengen.”

Een kruik als tussenwervelschijf
Om elf uur komt de professor de klas in. De kinderen kijken nieuwsgierig. Hij heeft een grote tas bij zich én een grote herdershond, dat is anders dan ze gewend zijn. De tas gaat open en Meij haalt er een rode kruik uit.

“Hoe noemen jullie dit? En wat zit er in?” vraagt hij terwijl hij een kruik omhoog houdt. Met behulp van de kruik legt hij aan de kinderen uit wat een tussenwervelschijf is en dat die twee wervels in de rug op zo'n manier verbindt, dat de rug toch kan buigen.

“Ik geef normaal natuurlijk les aan universitaire studenten, maar werk wel vaker met kinderen. Het is iets heel anders. Door middel van voorbeelden probeer ik hen de informatie uit te leggen.” En dat werkt. Magali (11) vindt de kruik, de botten, de blokjes en het potje met de tussenwervelschijf maar wat interessant. “Doordat hij die spullen meegebracht had, kon ik zijn verhaal heel goed begrijpen,”meent zij.

Labjas of een toga
De afgelopen weken hebben de leerlingen van de Kathedrale Koorschool zich al voorbereid op de komst van een professor. De klas kreeg steeds een opdracht en een hint waarmee de identiteit van de professor geleidelijk werd onthuld.

“We kregen zes hints en bij iedere hint zat een opdracht. We moesten bijvoorbeeld moeilijke woorden opzoeken die met de professor te maken hadden en we kregen een plaatje van een hoed”, vertelt Tom (11). Die hoed droeg Björn Meij ook, maar toch zag hij er in zijn toga wat anders uit dan de kinderen verwacht hadden. “Ik had verwacht dat hij een labjas zou dragen”, zegt Tom. Mark (11) vindt het wel logisch dat hij er zo bijzonder uitziet. “Het is ook voor de verjaardag van de universiteit, dus dan moet je er wel een beetje mooi uitzien.”

Een andere opdracht was het maken van een tekening voor de professor. Nina had een vrouw getekend en dat blijkt een mooi moment voor Meij om de diversiteit binnen de UU en de wetenschap nog even aan te halen. “Grappig dat je een vrouw hebt getekend Nina, er zijn nog niet genoeg vrouwelijke professoren in ons land of aan onze universiteit en dat is best jammer!”

Na de les mogen de kinderen vragen stellen aan de professor. Van “Wat betekenen de kleurtjes op uw mouw?” tot “Wat is het verschrikkelijkste dat u in uw werk hebt meegemaakt?”. De kinderen vinden het werk van de professor uitermate interessant en hoewel ze nog steeds vragen hebben, komt na een uur aan de les toch echt een einde. “Als jullie het leuk vinden, mogen jullie met de klas op bezoek komen, dan kunnen jullie alles vragen wat je wilt,” is de oplossing van Meij. En of ze dat leuk vinden, de klas straalt ervan.

“Echt heel cool dat we bij hem op bezoek mogen komen,” zegt Tom en Magali knikt. “Ook leuk dat hij zo open en goed vertelt over zijn werk,” vindt zij. Mark is wel geïnspireerd geraakt door het werk van de professor. “Ik wil ook wel oplossingen bedenken voor ziektes en medicijnen ontwikkelen, net als de professor. Alleen wil ik dat dan voor mensen doen en niet voor dieren.”

Advertentie