Anders krijgen internationals voorrang
Minister: tijdelijke huurcontracten helpen studenten juist
Net als andere huurders zouden ook studenten op kamers recht krijgen op een vast huurcontract. Vorig jaar nam de Tweede Kamer een wetswijziging over de verhuur van woonruimte aan. Ook ‘onzelfstandige huurwoningen’ zoals studentenkamers zouden eronder vallen.
Studentenbond LSVb blij, de Woonbond ook. Maar de minister moest voor 1 juli nog wel een paar uitzonderingen regelen. Onder andere voor buitenlandse studenten, zo droeg de Tweede Kamer hem op. Zij zouden wel een tijdelijk contract mogen krijgen van hun huisbaas.
Een paar weken geleden bleek dat de minister niet alleen buitenlandse studenten van de wet uitzondert, maar alle studenten. Dus ook de Nederlandse. Vanwege Europese regels zou hij geen onderscheid kunnen maken tussen internationale en Nederlandse studenten. Er is immers ‘vrij verkeer van personen’.
In reactie op vragen van het HOP komt de minister nu met een nieuw argument: een onderscheid tussen buitenlandse en Nederlandse studenten zou nadelig uitpakken voor de Nederlandse studenten, denkt De Jonge.
Want wat gebeurt er als er tijdelijke woonruimte vrijkomt? Wie mag daar gaan wonen? Als alleen buitenlandse studenten een tijdelijk contract mogen krijgen, zullen huisbazen liever een international dan een Nederlandse student kiezen, aldus de minister.
Misbruik
Soms gebruiken huisbazen tijdelijke contracten om tussentijds de huur te kunnen verhogen. Dat patroon wil De Jonge doorbreken met een ander wetsvoorstel: de Wet betaalbare huur. Die “beschermt studenten straks beter tegen hoge huurprijzen”, zegt De Jonge. Tussentijdse verhogingen kunnen dan niet meer, omdat er een maximale huurprijs komt.
Dus hebben verhuurders straks eigenlijk geen baat bij het geven van een tijdelijk contract, zegt de minister. Ze hebben alleen iets aan een tijdelijk contract als de kamer ook echt tijdelijk beschikbaar is.
Als voorbeeld noemt De Jonge een kamer die leegstaat omdat de bewoner voor korte tijd in het buitenland studeert. Zolang kan een andere student mooi die kamer betrekken. “Ik verwacht niet dat tijdelijke contracten grootschalig gebruikt worden voor reguliere kamerverhuur.”
Onzin
De Woonbond vindt het allemaal onzin. Een kamer onderverhuren kan allang, zegt medewerker Marcel Trip, en tussentijdse huurverhogingen gaat De Jonge met zijn komende wetsvoorstel ook niet tegenhouden. Maar belangrijker vindt hij dat huurbazen kunnen dreigen om het tijdelijke huurcontract niet te verlengen. Dan durven huurders minder snel naar
de huurcommissie te stappen wanneer er te hoge servicekosten worden gerekend of achterstallig onderhoud is. “Dat zal juist gebeuren door de foute huisbazen”, zegt Trip. “Die krijgen een enorm cadeau, waardoor studenten hun rechten alleen op papier hebben.”
In de Tweede Kamer voelden met name SP en D66 zich overvallen door de koers van de minister, die ze te laat hadden gezien. Toch komt zijn keuze niet uit de lucht vallen. Bij de wetsbehandeling in de Tweede Kamer uitte De Jonge zijn zorgen over de verhuur van tijdelijk vrijstaande woningen aan studenten: zou dat nog wel kunnen straks?
CDA wist het al
In de Eerste Kamer schoot het CDA de minister te hulp. Die partij hielp het wetsvoorstel pas aan een meerderheid toen de minister vlak voor de stemming het onderscheid tussen binnenlandse en buitenlandse studenten op de helling zette. Hij zou alle studenten ook op één hoop kunnen gooien, hintte hij.
Het CDA haalde de buit vier dagen later binnen. Officieel was er nog niets geregeld, maar de partij stemde naar eigen zeggen in omdat er voor “specifieke doelgroepen, zoals studenten” een uitzondering in de wet komt, zoals CDA-senator Theo Rietkerk in een stemverklaring stelde. Die uitzondering kwam er drie maanden later inderdaad.
SP en D66 zijn teleurgesteld over deze gang van zaken en zijn bang dat studenten “van tijdelijk contract naar tijdelijk contract blijven hoppen”. Maar inmiddels zien ze ook geen mogelijkheden meer om de maatregel van de minister tegen te houden. Ze krijgen er de handen niet voor op elkaar. Te weinig andere partijen ondersteunen hun debataanvragen en hun eerdere verzoek om een spoedprocedure.
Ook GroenLinks-PvdA deed dat niet, die samen met de ChristenUnie de initiatiefwet vaste huurcontracten indiende en ook vóór het opnemen van studentenkamers in de wet stemde. Kamerlid Habtamu de Hoop reageert beknopt: “Het is de PvdA geweest die samen met de ChristenUnie ervoor gezorgd heeft dat vaste huurcontracten de norm worden. Wij vinden dat huurders zo goed mogelijk beschermd moeten worden, dus ook studenten.”