Ministerie biedt honderd pas afgestudeerden baan aan als leraar
Pas afgestudeerde masters in vakken waarvoor een tekort aan docenten is, kunnen zich melden voor een baan als Onderwijstrainee. Zij staan drie à vier dagen voor de klas en volgen daarnaast een opleiding. In anderhalf jaar hebben ze hun eerstegraads bevoegdheid.
Voor sommige vakken in het voortgezet onderwijs dreigt een tekort aan leraren. Het gaat om de vakken wis- natuur- scheikunde, informatica, economie, Nederlands, Frans, Duits, Engels en klassieke talen. Het ministerie van Onderwijs is vorig jaar met een project gestart om meer afgestudeerden van deze opleidingen over te halen om leerkracht in het voortgezet onderwijs te worden.
Mensen die niet langer dan vijf jaar geleden hun master hebben afgerond, kunnen zich melden als Onderwijstrainee. Een educatieve minor is niet nodig. Als ze aangenomen worden, krijgen ze direct een plek als docent op een middelbare school. Ze geven drie dagen les en krijgen daarnaast een introductiecursus en een verdiepingsprogramma. Je bent in het eerste jaar voor drie dagen inzetbaar en krijgt een betaalde aanstelling van vier dagen.
Om in aanmerking te komen, moet je solliciteren. Daarna volgt een selectie en een kort introductieprogramma. Wie voor 14 september solliciteert, staat al in januari voor de klas. Er is plaats voor ruim honderd onderwijstrainees.
Het onderwijsprogramma wordt verzorgd door verschillende universitaire lerarenopleidingen. Ook de Utrechtse universiteit is daarbij betrokken.
De vraag bij dit project is of de pas afgestudeerden niet te snel in het diepe gegooid worden. Ze hebben nauwelijks didactische ervaring en krijgen wel meteen de verantwoordelijkheid voor een of meerdere klassen.
Volgens Jan van Tartwijk, directeur van de Graduate School of Teaching valt dit mee. “Deze mensen hebben vakkennis en je ziet dat steeds vaker praktijkervaring gelijk opgaat met de didactische opleiding.”
Er zijn volgens hem wel een paar voorwaarden om van dit project een succes te maken. “Dit project heeft een selectieprocedure. Er wordt goed gekeken of iemand zo’n baan aankan. Dat is belangrijk. Daarnaast krijgt de beginnende docent ondersteuning vanuit de school waar ze gaan werken en mag de werklast niet meteen te zwaar zijn. Een beginnende leraar heeft lucht nodig.”
Van Tartwijk heeft het idee dat in dit project met die voorwaarden wel rekening is gehouden.