Nederlandse wetenschap verdient steeds meer aan Europa
De Nederlandse wetenschap haalt steeds meer geld uit Europa. Het Rathenau Instituut verwacht dat deze inkomsten zullen stijgen naar 800 miljoen euro per jaar. Ook Nederlandse provincies en regio’s investeren meer in onderzoek en innovatie.
De afgelopen vijftien jaar stegen de jaarlijkse inkomsten uit de zogeheten Europese kaderprogramma’s van gemiddeld 165 miljoen naar 475 miljoen euro. Als Nederland even succesvol blijft bij het binnenslepen van Europese onderzoeksubsidies, zal het nieuwe onderzoeksprogramma Horizon 2020 de komende jaren in totaal minstens zes miljard euro opleveren - 2,7 miljard meer dan het vorige EU-onderzoeksprogramma.
Deze voorzichtige inschatting maakt het Rathenau Instituut in het vanochtend verschenen jaarrapport ‘Totale investeringen in wetenschap en innovatie’ (TWIN). Tot nog toe ging de helft van de Europese subsidiegelden naar hogeronderwijsinstellingen, 21 procent naar researchinstellingen en 22 procent naar bedrijven.
Het Rathenau-rapport meldt ook dat Nederlandse provincies en regio’s in 2014 zo’n honderd miljoen euro per jaar hebben geïnvesteerd in kennis en innovatie - deels met geld van de EU - en dat dit bedrag de komende jaren zal toenemen.
In februari maakte het Rathenau Instituut al bekend dat de totale uitgaven van de Nederlandse overheid aan research and development (R&D) en innovatie tot 2020 dalen van zes naar 5,5 miljard euro per jaar. Er zal vooral worden bezuinigd op innovatie. In euro’s het meest door het ministerie van Economische Zaken.
Maar de R&D-uitgaven voor universitair onderzoek (de eerste geldstroom) en overig niet-toepassingsgericht onderzoek zullen nog wel licht groeien. Universiteiten krijgen er dit jaar 125 miljoen euro bij en onderzoeksfinancier NWO 140 miljoen euro.