Nieuw chemisch onderzoekscentrum gaat klimaatuitdaging aan

Bijna honderd scheikundigen en natuurkundigen gaan werken aan de verduurzaming van de chemische industrie. Behalve de universiteiten doen ook bedrijven zoals Akzo Nobel, Shell en BASF mee.

“De verduurzaming van de chemische industrie is een hele opgave, maar het kan”, zegt Spinozawinnaar Bert Weckhuysen, de Utrechtse hoolgeraar Anorganische Chemie en Katalyse en een van de initiatiefnemers van het nieuwe ondrzoekscentrum. “Maar we moeten het wel nu gaan oppakken.”

Onder aanwezigheid van minister Henk Kamp opende Weckhuysen kort geleden het nieuwe onderzoekscentrum Advanced Research Center Chemical Building Blocks (CBBC). Het chemische centrum, met een budget van meer dan 100 miljoen, wordt het twee na grootste innovatiecentrum (ARC) in Nederland. Alleen die voor quantumtechniek in Delft en voor chipproductie in Amsterdam zijn groter. Een van de doelen van het nieuwe centrum, dat gedeeltelijk door overheid, gedeeltelijk door industrie wordt bekostigd, is het vinden van nieuwe grondstoffen voor de chemische industrie. 

“Mijn kinderen kijken op televisie ook naar de beelden van de smog in Peking”, vertelt Weckhuysen. “Ze vragen zich af of je het nog wel kunt oplossen. Ja, dat kan. Ik geloof sterk dat de chemische industrie een toekomst heeft. Maar we moeten wel de fossiele brandstoffen steeds meer gaan vervangen door biomassa en op de langere termijn ook door de zogeheten zonnebrandstoffen.” 

Samen met de Groningse hoogleraar Ben Feringa ging Weckhuysen de laatste twee jaren langs bij de Nederlandse chemische industrie. “Het ene bedrijf blijkt dan wel bereid een grote bedrag vrij te maken, het andere niet. Maar mijn overtuiging is dat als er ergens op de wereld een duurzaamheidsslag kan worden gemaakt dat is in een land als Nederland.

Hier heb je immers niet alleen een concentratie van petrochemie op aardolie en aardgas, maar ook de benodigde wetenschappers. Die kunnen met nieuwe ideeën voor betere reactoren, katalysatoren of grondstoffen komen. Met een efficiëntere industrie wordt het mogelijk grote verminderingen in de uitstoot van koolstofdioxide te behalen. Het streefdoel moet zijn dat elk koolstofatoom dat uit de grond wordt gehaald ook daadwerkelijk in een product terecht komt.” 

Behalve aan de efficiëntieverbetering van de bestaande petrochemie, gaan de chemici werken aan de benutting van biomassa in de chemische industrie en het zoeken naar dragers voor de energie van windmolens en zonnecellen. 

In het Parijse klimaatverdrag van deze maand zijn bindende afspraken gemaakt voor de reductie van de koolstofdioxide-uitstoot. Alle landen gaan met wetten en subsidieregelingen de uitstoot van hun industrieën, vervoersmiddelen en veeteelt proberen te bezweren. Dit moet voorkomen dat de gemiddelde temperatuur op aarde met meer dan twee graden Celsius zal stijgen. De temperatuurstijging kan immers vergaande gevolgen hebben, zoals een zeespiegelstijging, een ontregeld klimaat of de verdere instorting van de biodiversiteit. 

“In ons centrum willen we de topwetenschap en bedrijven verbinden om op lange en middellange termijn te werken aan de oplossing van onze maatschappelijke problemen.”

Advertentie