Onderzoeker promoveert cum laude op studie gerichter medicijngebruik

Internist-in-opleiding Jannick Dorresteijn is dinsdag cum laude gepromoveerd op behandelprotocollen op maat. “De gemiddelde patiënt bestaat helemaal niet.” 

Het is een hoopgevende conclusie waarmee Dorresteijn zijn promotieonderzoek afsloot: voor een behandeling op maat hoeven artsen niet per se meer onderzoek aan te vragen, maar kunnen ze een grote winst behalen uit informatie die toch al beschikbaar is. “Dit is dus echt wat je als arts wilt weten.”

Voor zijn promotie was niet alleen de wereldberoemde cardioloog Paul Ridker - vanwege zijn werk op het gebied van aderverkalking door Time Magazine ‘One of the scientists that shape our lives’ genoemd - helemaal uit Harvard overgekomen, ook werd Dorresteijn een van de weinige promovendi die in Utrecht het predicaat cum laude mee naar huis neemt. Vorig jaar lukte dat slechts 11 van de 518 onderzoekers die promoveerden aan de Universiteit Utrecht.

Dorresteijn: “Standaardgegevens uit het medisch dossier, zoals bloeddruk, leeftijd, gewicht, rookgedrag en medische familiegeschiedenis, zijn al genoeg om de medische zorg drastisch te verbeteren. Door ze op een website in te vullen en onze rekenmodellen te laten draaien, kan de internist nu veel nauwkeuriger afwegen of hij wel of niet met cholesterolverlagers moet starten.”

In de huidige zorg hanteren artsen één cruciaal getal als het gaat om het starten of niet-starten van een behandeling. Dat is het gemiddelde effect van een medicijn op een gemiddelde patiënt. Dit percentage wordt vaak door medicijnenontwikkelaars in onderzoeken met heel veel patiënten vastgesteld. Maar het maakt de zorg weinig specifiek. “Deze praktijk is best wel absurd”, zegt Dorresteijn. “Het gekke is namelijk dat die gemiddelde patiënt helemaal niet bestaat.”

Voor zijn promotieonderzoek stortte Dorresteijn zich op cholesterolverlagers. Uit een klinische trial kan bijvoorbeeld blijken dat het slikken van cholesterolverlagers de kans op een infarct met 25 procent vermindert. “Maar als je er anders tegen aan kijkt, zitten artsen in het echt soms 30 patiënten tien jaar voor niets te behandelen om één hartinfarct te voorkomen.”

Dorresteijn maakt in zijn onderzoek gebruik van de gegevens van 17.000 patiënten, data die cardioloog Paul Ridker eerder in zijn grote Jupiteronderzoek heeft verzameld. Tot ieders verrassing bleek uit Ridkers onderzoek dat mensen met een een laag cholesterolgehalte door het slikken van pillen veel minder hartziekten kregen. Bij de groep kwamen hartaanvallen twee keer minder voor, hartinfarcten en bypasses de helft minder en doden als gevolg van hart- en vaatziekten maar liefst eenvijfde minder. Dankzij het onderzoek staat aderverkalking nu toe boek als infectieziekte. 

Op nog beter te kunnen voorspellen of cholesterolverlagers werken, is Dorresteijn gaan kijken naar andere eigenschappen van patiënten, zoals bloeddruk, gewicht, cholesterol, leeftijd, rookgedrag, medische familiegeschiedenis en of ze een werkzame cholesterolverlager of een placebo kregen. Door zijn analyse is beter te voorspellen welke patiënten geen baat of zelfs nadeel bij cholesterolverlagers hebben. En kunnen dokteren bepaalde groepen van behandeling uitsluiten.

Inmiddels kan Dorresteijn de prognoses beschikbaar maken aan een cardioloog of internist. “Het is een eenvoudig programmaatje. De arts tikt de individuele gegevens in en kan met een staafjesdiagram de patiënt de kans proberen duidelijk te maken. Omdat artsen een hoge werkdruk hebben, hopen we in de toekomst systemen te kunnen gaan ontwikkelen die gebruikmaken van het Elektronisch Patiënten Dossier.”

Advertentie