Ook Utrecht kan zich opmaken voor WOinactie
Om te beginnen ludieke openluchtcolleges, maar later wellicht ook stiptheidsacties of misschien wel echte stakingen. Dat staat het Nederlands hoger onderwijs te wachten, als minister Van Engelshoven een ultimatum van WOinactie negeert.
In een collegezaal aan de Kromme Nieuwegracht legde de Amsterdamse hoogleraar Rens Bod, een van de initiatiefnemers, donderdagmiddag aan zo'n tachtig docenten en studenten uit waarom een gezamenlijk geluid richting Den Haag van belang is.
Bod reist deze maanden de universiteitssteden af om de actiebereidheid ook buiten Amsterdam aan te zwengelen. “Voor een deel hebben we de problemen aan onszelf te danken. We laten ons te weinig horen.”
Volgens Bod is de aangekondigde doelmatigheidskorting onacceptabel gezien de enorme werkdruk in het hoger onderwijs. Ook moet er voor minimaal een miljard extra geïnvesteerd worden. “Op dit moment krijgen we niet meer geld, zoals is beloofd, maar juist minder.”
In Utrecht ontpopte ethiekhoogleraar Ingrid Robeyns zich de afgelopen jaren als belangrijke spreekbuis voor de onvrede over de alsmaar toenemende werkdruk. “Onderzoek doen we in onze vrije tijd”, zei ze enkele maanden terug in tv-programma Buitenhof.
Robeyns toonde de aanwezigen cijfers uit het plan waarmee de UU de werkdruk wil aanpakken. Daaruit blijkt dat meer dan de helft van het Utrechtse wetenschappelijk personeel vindt dat die werkdruk te hoog is. Bij de vaste medewerkers die onderwijs en onderzoek combineren, is dat percentage hoger dan 70 procent. Medewerkers van de faculteit Geesteswetenschappen waren verreweg het negatiefst. “Het ergste is misschien nog wel dat anderen geen baan krijgen, omdat wij gedwongen worden al dat extra werk te doen.”
Bod zei ervan uit te gaan dat Robeyns met de geschiedenishoogleraren Annelien de Dijn en Tine de Moor in Utrecht het vuur van WOinactie brandend gaat houden. Robeyns leek die rol aarzelend te accepteren hoewel ze “weinig voorhistorische ervaring in het activisme” heeft.
In de week na Prinsjesdag, dit jaar op 18 september, moeten docenten hun colleges gaan geven op straat, in parken of op pleinen. Op de langere termijn zouden ‘witte stakingen’ kunnen volgen. Daarbij werken docenten niet langer werken dan hun aanstelling voorschrijft. Echte stakingen staan onderaan het lijstje, Nederlandse wetenschappers zijn er niet dol op.
Robeyns krijgt hulp. Het activisme lijkt de geschiedenisstudenten van ZegNee veel natuurlijker af te gaan. Zij ageerden de afgelopen maanden tegen de bezuinigingen binnen de faculteit Geesteswetenschappen en togen onlangs met een petitie naar Den Haag. Op 27 juni houden de studenten twaalf uur lang een collegemarathon om de tekorten in het hoger onderwijs aan te kaart.
Student Nina van der Bent: “Het systeem klopt niet, het rammelt aan alle kanten. Dit is het moment om er iets aan te doen (…) Dat is niet eng, dat is niet ingewikkeld, en je bent ook niet meteen een linkse radicaal.”
Een volgende Utrechtse bijeenkomst van WOinactie moet nog voor de zomervakantie plaatsvinden. Liefst in De Uithof, om te voorkomen dat de acties gezien worden als een protest van Geesteswetenschappers alleen. “Wat mij betreft houd ik mijn openluchtcollege in een stal van Diergeneeskunde”, liet hoogleraar Ido de Haan weten.