Rector Islamitische Universiteit beschuldigd van plagiaat
Ahmet Akgündüz, de omstreden rector van de Islamitische Universiteit Rotterdam (IUR), zou in zijn wetenschappelijke werk hele paragrafen en bladzijden hebben overgeschreven van andere auteurs.
Klachten dat de rector het niet al te nauw neemt met de academische ethiek stammen al uit de vroege jaren negentig, schrijft De Volkskrant vandaag in een achtergrondartikel. Zijn proefschrift zou volgens twee Turkse wetenschappers “een product van openlijk plagiaat” zijn, maar ook in recenter werk zouden “honderden passages” zijn overgeschreven, soms zelfs inclusief de voetnoten.
De Leidse hoogleraar Turkse taal en cultuur Erik-Jan Zürcher, die op verzoek van de Volkskrant een aantal gewraakte passages uit Akgüdüz’ werk onderzocht, bevestigt in de krant dat de teksten “bijna woordelijk hetzelfde zijn”.
Via zijn advocaat verwerpt de rector alle beschuldigingen. Een onderzoekscommissie onder leiding van de vicerector van de IUR concludeerde binnen twee dagen “dat de heer Akgündüz geen plagiaat heeft gepleegd”.
Begin vorig jaar meldde minister Bussemaker van Onderwijs dat de IUR onder verscherpt toezicht van de Onderwijsinspectie staat. Aanleiding waren uitspraken van rector Akgündüz, die in 2013 zou hebben gezegd dat mannen hun vrouw mogen slaan en dat steniging “één van de voorgeschreven straffen binnen de islam” is.
In juni deed hij er nog een schepje bovenop, onder meer door een stem op de linkse, pro-Koerdische HDP-partij een stem op “homoseksuelen, Armeniërs, terroristen, vijanden van de islam en anti-Turkse media uit Europa en Amerika” te noemen.
Minister Busemaker heeft geen mogelijkheid om de particuliere IUR te sluiten. De twee hbo-opleidingen van de instelling voldoen aan de eisen van onderwijskeurmeester NVAO. Ze werkt daarom aan een wetsvoorstel waarmee ze universiteiten of hogescholen kan aanpakken die hun “maatschappelijk opdracht” niet vervullen. Ze zal niet aarzelen om dat instrument in te zetten tegen de IUR, liet ze begin juli weten.