Spinozapremie wordt ook ‘teamsport’
Elk jaar reikt onderzoeksfinancier NWO de prestigieuze Spinozapremies voor wetenschappers uit. Drie of vier winnaars krijgen dan ieder 2,5 miljoen euro om hun wetenschappelijk onderzoek te bevorderen. Woensdag was de uitreiking van de prijzen, die al in juni bekend gemaakt zijn. Hieronder ook de Utrechtse hoogleraar Bas van Bavel.
Bij de uitreiking kondigde minister Van Engelshoven aan dat deze premies voortaan ook naar teams van wetenschappers kunnen gaan. “Ik ben er heilig van overtuigd dat ons onderzoek meer gebaat is bij samenwerking dan bij competitie”, zei ze in haar toespraak. “Twee weten immers meer dan één. Maar in de spelregels van de Spinozapremie wordt het nog niet beloond.”
Meerwaarde
Dat gaat dus veranderen. Erg groot mogen de teams overigens niet zijn. Het gaat om groepen van twee of drie wetenschappers, staat op de website van NWO. Hun samenwerking moet ‘meerwaarde’ hebben. Met andere woorden, het team moet meer zijn dan de som der delen.
De prijs is bestemd voor wetenschappers van wereldklasse die een aantrekkingskracht uitoefenen op jonge onderzoekers en hun inzichten ook nog eens de wereld in helpen, bijvoorbeeld middels toepassingen van hun inzichten of door popularisering van hun kennis.
Voor de tegelijkertijd uitgereikte Stevinpremies (speciaal voor kennisbenutting) kwamen teams van wetenschappers al in aanmerking. Deze Stevinpremies zijn de toepassingsgerichte evenknie van de Spinozapremies. Het is de tweede keer dat deze premies zijn uitgereikt, maar er zijn nog geen teams gelauwerd.
De kandidaten voor deze premies moeten worden voorgedragen door bijvoorbeeld de rector van een universiteit, de president van wetenschapsgenootschap KNAW of de voorzitter van het Landelijk Netwerk Vrouwelijke Hoogleraren.