Studenten organiseren eigen mastervoorlichting
Het begint zo langzamerhand een traditie te worden, maar blijft toch uitzonderlijk. In het Ruppertgebouw komen vrijdagmiddag 500 biologiestudenten samen voor een landelijke voorlichting over alle masters die zij kunnen gaan volgen.
Zo’n 60 masterprogramma’s van 8 Nederlandse universiteiten geven vrijdagmiddag en –avond in het Ruppertgebouw acte de présence tijdens de Landelijke Masterdag Biowetenschappen. Voor het zevende achtereenvolgende jaar organiseren studenten van het Landelijk Overleg Biologie Studenten (LOBS) in Utrecht een voorlichtingsbijeenkomst over het landelijke masteraanbod voor biologiebachelors.
De universitaire masteravonden en masterbeurzen zijn bekende evenementen. Studenten die hun eigen voorlichting doen, dat klinkt vrij uitzonderlijk. Ook organisatielid Sandra van der Nat kent geen andere voorbeelden. Maar volgens de VU-student heeft de opzet grote voordelen. “Studenten weten precies wat andere studenten willen. Die willen voor informatie over masters niet reizen naar elke universiteit, maar alles op één moment op éen plek. Zo kunnen ze ook goed vergelijken. Utrecht ligt dan natuurlijk voor de hand als locatie.”
De organisatie, waarvan ook de Utrechtse masterstudent Neuroscience en Cognitie Lara Nelissen deel uitmaakt, verwacht ongeveer 500 studenten te mogen verwelkomen. Die kunnen bij de verschillende stands een praatje maken met docenten of met ervaringsdeskundigen: de huidige masterstudenten. Daarnaast kunnen ze een discussiebijeenkomst of een lezing bijwonen. Aanrader is elk jaar de bijeenkomst met de voormalig studie-adviseur van de Utrechtse biologie-opleiding Frans Meeuwsen. Die heeft goede tips voor studenten die dubben over hun masterkeuze. “In voorgaande jaren was iedereen daar erg enthousiast over, zo bleek uit evaluaties”, aldus Sandra.
Hoewel de organisatie het serieus en professioneel wil aanpakken, moet de LOBS-bijeenkomst natuurlijk ook een beetje studentikoos en gezellig blijven. Sandra: “Alle studieverenigingen zijn aanwezig. Zij zorgen voor soep, limonade en cakejes.”