Studenten uit de bus, op de e-bike

Zouden Utrechtse studenten de bus willen verruilen voor de fiets?

De landelijke taskforce ov-studentenkaart is nog niet uit de startblokken, maar kan wellicht een voorbeeld nemen aan Groningen. Daar werken onderwijsinstellingen en vervoerders al jaren samen om studenten de spits uit te krijgen.

Het is een druppel op een gloeiende plaat, maar de komende maanden is een handjevol studenten niet meer in de noordelijke spits te vinden. Elke maand krijgen twintig studenten van de Hanzehogeschool in Groningen een e-bike te leen. Na een maandje uitproberen leveren ze de fiets weer in, en is de volgende ploeg aan de beurt. Bevalt het, dan kunnen studenten – of hun ouders – de e-bike met korting overkopen.

De Hanzehogeschool en regionale overheden investeerden gezamenlijk in stallingen waar de fietsen kunnen worden opgeladen. De hogeschool maakte manuren vrij voor administratie en voorlichting.

“Ik was er eerst sceptisch over”, zegt Han de Ruiter, bestuurslid van de Hanzehogeschool Groningen. “Ik dacht, studenten associëren zo’n e-bike met ouderen van dagen.” Dat bleek niet het geval. Veel studenten wilden wel meedoen, meer dan er e-bikes beschikbaar waren. De Ruiter snapt het wel: “Het komt regelmatig voor dat studenten één of twee bussen aan zich voorbij moeten laten gaan. Die zitten dan zo vol dat er niemand meer bijpast.” Veel jongeren stappen liever op de fiets vanuit Stadskanaal dan dat ze op het station van Groningen eindeloos op een stadsbus wachten.

De onderwijsbestuurder zit namens de noordelijke onderwijsinstellingen in de projectgroep Groningen Bereikbaar, waar hij samenwerkt met regiobestuurders en vervoersmaatschappijen. Dat overleg begon zo’n 2,5 jaar geleden. De stad Groningen dreigde dicht te slibben: het spoor was vol, de ringweg was vol, en op de fietspaden naar de Zernike Campus ontstonden files. Maar liefst zeventig procent van de reizigers in de ochtendspits is student, dus kregen ook onderwijsinstellingen een telefoontje om mee te denken.

“Ik zal niet ontkennen dat die gesprekken moeizaam op gang kwamen”, zegt Henk Brink, voorzitter van de projectgroep en gedeputeerde van de provincie Drenthe. “Maar uiteindelijk hebben we bereikt dat scholen inzien: hier moeten we over nadenken. Dat is een groot compliment aan het onderwijs. Andersom heb ik meer begrip gekregen voor de problemen waar hogescholen en universiteiten tegenaan lopen.”

De e-bike pilot is slechts het begin. De komende maanden worden er fietsroutes verlegd, krijgen bussen een andere route, en wordt er nagedacht over digitalisering en roosteraanpassingen. Allemaal om te voorkomen dat de treinen en bussen richting stad en universiteitscampus daadwerkelijk uit hun voegen barsten. “De meeste van die ideeën komen vanuit het onderwijs zelf”, zegt Brink.

“Wij kunnen als onderwijsinstelling wel zeggen ‘niets mee te maken’, maar ik vind dat we met elkaar moeten kijken naar manieren om Groningen bereikbaar te houden”, vult De Ruiter van de Hanzehogeschool aan. “Wij hebben er baat bij dat studenten gemakkelijk op de campus kunnen komen. Bovendien voorkomen we zo dat er allerlei onzalige ideeën over ons worden uitgestort.” Zoals? “Het idee om voor tien uur geen enkel college meer te roosteren, dat kan natuurlijk niet.”

Minister Bussemaker joeg onderwijsinstellingen tegen zich in het harnas toen ze afgelopen zomer zei dat hogescholen en universiteiten hun roosters moeten aanpassen zodat het voor studenten makkelijker wordt om buiten de spits te reizen. Op die manier wil ze tweehonderd miljoen euro bezuinigen op het reisrecht, zonder de voorwaarden voor studenten te hoeven veranderen.

“Wij hebben altijd gezegd: jullie denken daar veel te makkelijk over”, reageert De Ruiter. Toch wil hij best meedenken met vervoerders en bestuurders die hem vragen iets aan de roosters te doen. “Maar als ik mijn onderwijs anders rooster, wil ik op mijn beurt dat er om tien uur nog bussen rijden naar de dorpen waar onze studenten wonen. Ik ga de lestijden niet zomaar aanpassen, maar dit zijn wel de gesprekken die we voeren.”

Het overleg in Groningen werd opgestart nog voor de ov-studentenkaart ter discussie stond, en heeft bovendien een ander doel: de stad bereikbaar houden. Maar leveren de plannen in Groningen uiteindelijk ook geld op? Heeft het nog op te richten taskforce ov-studentenkaart, dat plannen moet gaan verzinnen om tweehonderd miljoen te besparen, er iets aan?

“Het wordt heel lastig om nog verder te bezuinigen op het openbaar vervoer”, zegt gedeputeerde Brink. Dat gaat alleen lukken als iedereen buiten de lijntjes durft te denken. “Neem bijvoorbeeld het vervoer van kinderen die naar het speciaal basisonderwijs gaan. Dat zou misschien gekoppeld kunnen worden aan studentenvervoer in krimpgebied. Dan besparen we geld. Maar dat mag nu niet. Alles is met regels dichtgetimmerd.”

De Ruiter van de Hanze houdt zich op de vlakte. “Ik wil hier geen politieke discussie van maken. Maar ik denk wel dat onze ideeën ook landelijk nut kunnen hebben. Bovendien denk ik dat bezuinigen helemaal niet nodig is als je alles goed regelt.”

Volgens vervoerders levert het veel geld op als er minder studenten in de spits gaan reizen. Bussen en treinen moeten immers worden ingekocht op de piek van reizigers die ’s ochtends naar werk en school gaat. Veel van dat materieel levert de rest van de dag geen geld op. Gaan er wat minder studenten de bus in, dan hoeven de busmaatschappijen minder bussen te kopen. En dan willen ze de minister best korting geven op het bedrag dat ze neertelt voor de ov-studentenkaart.

Advertentie