Studenten verliezen rechtszaak over hoog collegegeld

Universiteiten mogen voorlopig hoge collegegelden blijven vragen voor ‘tweede studies’. Ze hebben de rechtszaak gewonnen die studenten hadden aangespannen. De strijd wordt in hoger beroep voortgezet.

Een groep studenten onder de naam SCAU (Stichting Collectieve Actie Universiteiten) vecht tegen de instellingscollegegelden die studenten moeten betalen als ze al eerder een bachelor- of masteropleiding hebben gevolgd. Aanvankelijk ging het alleen om tweede juridische masteropleidingen, later ging de eis algemener gelden voor alle ‘volgtijdelijke studies’.

Volgens de stichting hanteren de universiteiten hoge tarieven voor hun opleidingen zonder zich te verantwoorden. Eigenlijk zouden ze slechts een kostendekkend tarief mogen vragen, meent SCAU. Ter illustratie: het instellingscollegegeld voor een master Rechten aan de UU is 14.400 euro. Dat kan volgens SCAU 10.000 euro goedkoper. Tweede punt waar de rechter gevraagd was een uitspraak over te doen, is of de universiteiten zich schuldig maakten aan kartelvorming doordat zij overlegden over de hoogte van het instellingscollegegeld.

Maar de rechter wil er niets over zeggen. De stichting is niet ontvankelijk verklaard. Studenten kunnen immers bij hun eigen universiteit bezwaar maken tegen de hoogte van het collegegeld en daarna in beroep gaan bij de rechters van het College van Beroep voor het Hoger Onderwijs (CBHO). Dat is dus de rechtsgang die studenten moeten volgen.

SCAU had daar bezwaren tegen gemaakt. Alleen studenten kunnen immers naar het CBHO - zij hebben zich dus al ingeschreven. Aspirant-studenten, die het hoge collegegeld niet willen betalen, kunnen nergens hun recht halen. Bovendien heeft het CBHO niet het alleenrecht om over deze kwestie te oordelen.

De rechtbank van Amsterdam is daar niet in meegegaan. De SCAU had duidelijk moeten maken dat de hoge kosten zo bezwaarlijk zijn waardoor de route via de CBHO werkelijk onmogelijk wordt gemaakt. De civiele rechter ziet voor zichzelf geen taak weggelegd.

“We gaan in hoger beroep”, reageert de teleurgestelde SCAU-voorzitter en alumnus van de UU Cees Zweistra. “De wetgever heeft studenten de keuze willen laten of ze naar de gewone rechter of naar het CBHO gaan. Die opvatting wordt in het vonnis niet besproken en dat vinden we teleurstellend.”

Het CBHO heeft al een aantal keer geoordeeld dat instellingen het tarief naar eigen inzicht mogen vaststellen. Het CBHO wil de hoogte van het collegegeld dus niet toetsen, meent SCAU. Maar de civiele rechter trekt een andere conclusie: het CBHO heeft er wel over geoordeeld, zij het in het nadeel van studenten.

Zelf zal Zweistra het hoger beroep niet meemaken. De voormalige student Rechten en Filosofie draagt zijn taken over aan anderen en gaat een jaar werken in India.

Advertentie