Topsporters steeds vaker naar universiteit

In de Holland Acht zitten verschillende studenten, waaronder de Utrechtse Kaj Hendriks

Topsporters zijn steeds hoger opgeleid. Eén op de drie Nederlandse Olympiërs heeft een universitair diploma of volgt nog een academische opleiding. Dat is meer dan voorheen.

In eerdere jaren (2007 en 2011) studeerde 28 procent van de Olympiërs aan een universiteit, nu 35 procent. Het aandeel hbo’ers nam juist af van zo’n 33 tot 21 procent, blijkt uit een rapport van sportkoepel NOC*NSF.  DUB constateerde in een eerder onderzoek ook al dat elf studenten en alumni van de UU nu deelnemen.

Een hele prestatie, want het valt niet mee om topsport en studie te combineren. Meer dan de helft van de academici onder de topsporters – waaronder ook talenten die nog niet naar de Spelen mochten – zegt dat de sport een negatieve invloed heeft op hun studieprestaties.

Topsportende hbo’ers hebben er kennelijk minder moeite mee. Van hen heeft slechts één op de vier er last van in hun studie.

Geen klachten over roosters
Over de roosters hebben de sporters weinig te klagen. Althans, de helft van de echte topsporters was er wel tevreden over en de overgrote meerderheid van de talenten denkt er ook zo over. Ze zouden alleen wel wat vaker vrijstellingen willen krijgen en het bindend studieadvies mag ook minder streng.

Maar vooral over de financiën zijn ze ontevreden: topsport is duur. NOC*NSF onderschrijft dat. “Besteed meer aandacht aan de financierbaarheid van de studie”, luidt het advies van de sportkoepel aan de regering.

“Boete op ambitie”
Het is de vraag hun advies gehoor vindt. In 2012 schafte de Tweede Kamer, waaronder de huidige regeringspartijen VVD en PvdA, de omstreden langstudeerboete af. Studenten zouden drieduizend euro meer collegegeld moeten betalen als ze langer dan een jaar uitliepen en dat was “oneerlijk en onredelijk voor alle studenten, en zeker ook voor studenten die aan topsport doen naast hun studie”, schreef PvdA-Kamerlid Tanja Jadnanansing. “De PvdA wil daarom af van deze boete op ambitie.”

Maar er kwam iets ergers voor in de plaats. Met steun van D66 en GroenLinks schrapte het kabinet van VVD en PvdA de basisbeurs, waardoor studenten – en dus ook topsporters onder hen – per saldo harder worden getroffen. Voor uitwonende studenten bedroeg de basisbeurs 3.300 euro per jaar.

Advertentie