Tweede Kamer: maak haast met vouchers voor deeltijdstudenten
Als het aan een meerderheid van de Tweede Kamer ligt, gaan de experimenten met tegoedbonnen in het deeltijdonderwijs snel van start. Minister Bussemaker van Onderwijs wil wel, maar er moet nog veel gebeuren.
Eind vorig jaar kondigde Bussemaker een experiment aan met tegoedbonnen in het hoger onderwijs. Daarmee kunnen deeltijdstudenten hun eigen vakken ‘inkopen’, zowel bij door de overheid bekostigde instellingen als bij private aanbieders. De vouchers bedragen 1250 euro, genoeg voor 30 studiepunten. Alleen wie nog geen hoger onderwijsdiploma heeft, komt er voor in aanmerking.
Met het experiment wil het kabinet dat studenten ‘met hun voeten gaan stemmen’: als het niet bevalt bij een hogeschool of universiteit kunnen ze hun geld ergens anders besteden. De hoop is dat het deeltijdonderwijs er beter van wordt en dat meer volwassenen alsnog gaan studeren.
Het plan is onderdeel van een omvangrijk pakket aan maatregelen van de ministeries van Onderwijs en Sociale Zaken om het zogeheten ‘leven lang leren’ te stimuleren. Zo is er een pilot met modulair bekostigd onderwijs aangekondigd en worden er afspraken gemaakt met werkgevers over scholing van personeel.
Hogescholen stonden onmiddellijk op de achterste benen vanwege de tegoedbonnen, omdat er publiek geld naar private aanbieders gaat. Maar vooral regeringspartij VVD wil daar niets van horen. “De Vereniging Hogescholen past iets meer bescheidenheid”, zei Kamerlid Anne-Wil Lucas vandaag tijdens een debat met de minister. “Het is het bekostigd onderwijs de afgelopen jaren niet gelukt om werkenden die zich willen laten bijscholen goed te bedienen.” Dat lukt de private aanbieders wel, aldus Lucas. Ook PvdA, D66, CDA en GroenLinks zijn in principe enthousiast over het plan.
Jasper van Dijk (SP) en Harm Beertema (PVV) trapten als enigen op de rem. Beiden omdat ze moeite hebben met overheidsbekostiging van private onderwijsinstellingen. Maar over hoe deeltijdonderwijs er dan wel uit moet zien verschillen de partijen van mening.
De PVV wil het liefst helemaal stoppen met de overheidsbekostiging van deeltijdonderwijs. “De mengeling van publiek en privaat geld, vreselijk is dat”, aldus Beertema. “Laat het deeltijdonderwijs gewoon over aan de specialisten die dit al decennialang uitstekend doen. Dat zijn de private aanbieders. De overheid moet de onderwijsplicht niet per se willen uitbreiden naar het volwassenenonderwijs.”
De SP daarentegen wil privatisering juist voorkomen. De overheid is verantwoordelijk voor kwalitatief hoogwaardig deeltijdonderwijs, vindt Van Dijk. “Ik wens private opleidingen heel veel succes met hun business, maar mijn probleem is dat de regering daar geld in wil stoppen.”
Het enige grote kritiekpunt van de voorstanders: het gaat allemaal te langzaam. Pas in september 2016 kunnen de eerste studenten met hun tegoedbon vakken volgen. “Laten we oppassen dat dit niet ‘een leven lang lullen’ wordt”, zei Kamerlid Mohammed Mohandis tegen minister Bussemaker.
Die antwoordde dat ook zij liever vandaag dan morgen van start gaat, maar dat er nog overleg is met werkgevers en onderwijsinstellingen over de precieze invulling. Bovendien moet de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) genoeg tijd krijgen om zich voor te bereiden. Die dienst zit dit jaar immers ook met een andere grote operatie: de invoering van het leenstelsel.
Dit voorjaar komt minister Bussemaker met een uitwerking van alle plannen voor leven lang leren, beloofde ze. Ook die zal ze met de Tweede Kamer bespreken.
HOP, Petra Vissers