Universitaire pabo van Radboud: ‘Wij gaan voortrekkers opleiden’

De Radboud Universiteit Nijmegen mag van minister Bussemaker een driejarige universitaire pabo beginnen. De afgestudeerden moeten hun collega’s op de basisscholen “injecteren met de nieuwste didactische inzichten”.

De komst van de nieuwe universitaire pabo is niet onomstreden. Zes hogescholen (Arnhem & Nijmegen, Hanze, Stenden, NHL, Windesheim en HvA) en drie universiteiten (UvA, VU en RUG) tekenden bezwaar aan tegen de plannen van de Radboud Universiteit. Ze betwisten de meerwaarde van de nieuwe opleiding boven de gewone pabo’s en de zes academische pabo’s – ook wel bekend als de alpo’s.

Bij deze alpo’s behalen studenten in vier jaar tijd een pabo-diploma bij een hogeschool en een bachelor in de pedagogiek of onderwijskunde aan de universiteit. Ze worden er dus praktisch én theoretisch opgeleid. De nieuwe universitaire ‘pabo’ van de Radboud zou studenten kunnen weglokken bij de alpo’s, vrezen de bezwaarmakers.

Verder hebben ze hun twijfels over de kwaliteit van de nieuwe onderwijzersopleiding die niet vier- maar driejarig is. De stage is de helft korter en er wordt veel minder tijd besteed aan de kennis van schoolvakken. Die wordt namelijk bekend verondersteld bij de studenten en vooraf getoetst.

De Utrechtse alpo, in 2008 de eerste in Nederland, heeft geen bezwaar gemaakt. De opleiding van de Hogeschool Utrecht en de Universiteit Utrecht zegt te verwachten dat de alpo interessant blijft voor vwo-scholieren vanwege de combinatie van een bachelor leraar basisonderwijs en een volledige bachelor Onderwijswetenschappen. Daarnaast onderschrijft de opleiding de ambitie om meer universitair geschoolde leerkrachten voor de klas te krijgen.

Behoefte
De Commissie Doelmatigheid Hoger Onderwijs adviseerde de minister om de bezwaren van de drie andere universiteiten naast zich neer te leggen. Volgens de commissie is er bij basisscholen veel behoefte aan onderwijzers met een academische opleiding. Die kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan de verbetering van het onderwijs.

In 2013 schreef de Onderwijsinspectie dat een groot deel van de onderwijzers moeite heeft om het onderwijs af te stemmen op de verschillende leerlingen in hun klas. De nieuwe opleiding mikt volgens de commissie op vwo’ers die een onderzoekgerichte universitaire onderwijzersopleiding aantrekkelijk vinden en willen leren hoe je verschillende types leerlingen kunt bedienen.

Met een sterk oplopend lerarentekort in het vooruitzicht – tienduizend in 2025 – worden er volgens de commissie niet snel te veel onderwijzers opgeleid. Door goede afspraken kunnen negatieve effecten voor bestaande opleidingen worden beperkt.

Meer verschillen
“Het zijn de basisscholen zelf die om de nieuwe opleiding vragen”, verzekert beleidsmedewerker onderwijs Frans Janssen van de Radboud Universiteit. “Doordat er bijvoorbeeld steeds meer leerlingen komen die vroeger naar het speciaal onderwijs zouden zijn gegaan, nemen de verschillen in de klas toe. Vandaar de toenemende behoefte aan leerkrachten die daar goed mee kunnen omgaan.”

Voorzien de zes alpo’s daar niet al in?
“Voor een deel wel. Het verschil tussen onze nieuwe opleiding en de hbo-pabo is groter. Maar toch geven scholen aan dat ze er leraren bij willen van een opleidingsroute die nog dichter bij de wetenschap staat.

Gaan jullie dan ook de alpo aanpassen die jullie zelf met de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen verzorgen?
“We zijn inderdaad in overleg met de HAN over wat wij een alpo 2.0 noemen.”

Hoe kan de nieuwe opleiding maar driejarig zijn?
“Een gedeelte van de ‘gewone’ pabo en het vierjarige alpo-traject gaat op aan het aanleren van schoolvakken: taal, rekenen, wereldoriëntatie. Mensen die ons driejarige traject willen volgen worden tevoren getoetst op die kennis. In de nieuwe opleiding gaat de aandacht zoveel mogelijk uit naar de vraag hoe je je manier van lesgeven kunt aanpassen aan dit of dat type leerling.”

Worden jullie afgestudeerden vooral ingezet voor de moeilijke klussen?
“Ze krijgen een normale lesbevoegdheid, dus ze kunnen ook gewoon aardrijkskunde geven zal ik maar zeggen. Maar het is wel de bedoeling dat ze zich ontwikkelen tot teacher leader, dat ze een sectie docenten kunnen injecteren met de nieuwste didactische inzichten. Dus dat ze daar een voortrekkersrol op zich nemen.”

Als het goed is gaat de nieuwe opleiding op 1 september van start. Eerst moet onderwijskeurmeester NVAO nog groen licht geven. 

Advertentie