Universiteitsbestuur trekt extra miljoenen uit voor onderwijs na steekspel met raad
Het universiteitsbestuur trekt naar schatting meer dan vier miljoen euro extra uit voor het facultaire onderwijs. De toezegging van het universiteitsbestuur was het resultaat van een bij momenten zeer levendige vergadering met de U-raad maandag. Raadsleden toonden zich daarin bezorgd over de verlaging van het studiepunttarief, de vergoeding die faculteiten krijgen voor elk studiepunt dat studenten binnen hun vakken halen.
In de concept-kaderbrief die de financiële vooruitzichten van universitaire onderdelen in kaart brengt, werd deze afname zichtbaar. “Een onwenselijk signaal”, vond studentlid Maurid Darwish.
Het universiteitsbestuur was aanvankelijk niet bereid om in te gaan op het verzoek van de raad om de daling te compenseren. Het tarief wordt immers niet vastgesteld door het bestuur, maar is de uitkomst van de werking van het universitair verdeelmodel, zo betoogde collegelid Anton Pijpers. En de raad had vorig jaar nog ingestemd met dat mechanisme waarmee de universiteit de rijksbijdrage doorsluist naar de verschillende onderdelen. Pijpers: “Hier wordt eenvoudigweg zichtbaar dat we minder geld van de overheid krijgen voor onderwijs.”
Die stellingname bleek het startsein voor een onderhandelingsspel met verschillende schorsingen waarbij meerdere malen nieuwe troeven op tafel kwamen. De uitkomst was dat het universiteitsbestuur overstag ging. Het stelde zelfs voor om voor de komende drie jaar het studiepunttarief op eenzelfde niveau te houden. Dit om meer duidelijkheid te bieden aan de faculteiten. Bovendien is de hoop dat tegen die tijd de beloofde inkomsten vanuit het leenstelsel beschikbaar zijn en het studiepunttarief weer gaat stijgen binnen het verdeelmodel.
De totale kosten van de maatregel - drie jaar lang naar schatting zo’n 1,4 miljoen - kunnen worden gedekt uit een niet-voorziene extra bijdrage van 8 miljoen die de UU dit jaar al vanuit Den Haag krijgt. Maar de U-raad kreeg de toezegging niet voor niets. “Ook wij zien dat een gebaar naar de faculteiten op zijn plek is, maar we willen dit wel graag integraal bekijken”, stelde Anton Pijpers in de vergadering.
Het universiteitsbestuur verlangde daarom dat de U-raad een nota die tijdens de vergadering ook op de agenda stond introk. De raadsleden hadden gevraagd om instemmingsrecht op een deel van de uitgaven die het universiteitsbestuur betaalt uit de eigen beleidsruimte. Die beleidsruimte is bedoeld om bij onverwachte ontwikkelingen of wensen snel beslissingen te kunnen nemen. De raadsleden denken dat die haast er vaak niet is. Bovendien verloopt op dit moment de verantwoording van de bestedingen niet altijd goed, naar hun mening.
Anton Pijpers wilde “niet meegaan” in deze denkwijze. Hij wees erop dat er pas volgend jaar een evaluatie op de agenda staat van de afspraken die eerder gemaakt zijn over de instemmingsrechten van de medezeggenschappers. “Laten we dit onderwerp daarin meenemen.”
Het universiteitsbestuur stelde daarnaast nóg een voorwaarde voordat het wilde instemmen met compensatie voor het studiepunttarief. De bijdrage van 2,4 miljoen per jaar aan het Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) waartoe twee jaar geleden werd besloten, legt een te groot beslag op de beleidsruimte, vindt het universiteitsbestuur nu. Voor die uitgave wil het daarom liever voor de komende drie jaar de reserves aanwenden. Ook daarmee ging de universiteitsraad uiteindelijk na uitgebreid overleg akkoord.
Voor de aankomende universiteitsraadsleden op de publieke tribune was het een onderhoudende voorstelling. “Ik had me voorbereid op saai vergaderen, maar hier zaten elementen van een thriller in”, concludeerde een van hen.