Onderzoek naar schadelijke eiwitten en crises in de samenleving

UU trekker van twee zwaartekrachtprogramma’s

Een onderzoeksproject van Beatrice de Graaf richt zich op het behoud van maatschappelijke samenhang tijdens grote crises. Foto DUB

Het zogeheten ‘Zwaartekrachtprogramma’ moet Nederland in de “wetenschappelijke wereldtop” houden, aldus OCW-minister Robbert Dijkgraaf. Het ministerie financiert door middel van dat programma grootschalig en interdisciplinair onderzoek dat een onderzoeker in zijn eentje niet van de grond kan krijgen. 

Het gaat om enkele tientallen miljoenen per project, met een looptijd van vijf tot tien jaar. Een commissie van onderzoeksfinancier NWO doet de selectie. Dit jaar zijn er zeven projecten die geld krijgen.

Binnen het programma Flow gaat hoogleraar Cellulaire eiwitchemie Ineke Braakman samen met collega’s uit Twente, Groningen en Leiden onderzoek doen naar het kwaliteitscontrole-systeem in cellen van het menselijk lichaam. Als die controle faalt kunnen schadelijke eiwitten tot Alzheimer, Parkinson of taaislijmziekte leiden. Het programma waarbij ook de Utrechtse scheikundigen Friedrich Förster, Stefan Rüdiger, Arnold Boersma en Peter van der Sluijs betrokken zijn, krijgt 22,5 miljoen euro.

Hoogleraar Internationale Betrekkingen Beatrice de Graaf  leidt het project Adapt! waarin vijf universiteiten participeren. Vanuit Utrecht behoren hoogleraar Sociale Psychologie Kees van den Bos en universitair hoofddocent Public Management Scot Douglas tot het kernteam.

Het consortium krijgt 23 miljoen om te onderzoeken hoe samenlevingen crises als overstromingen, pandemieën en terroristische aanslagen het hoofd kunnen bieden. Daarbij gaat het vooral om de culturele, maatschappelijke en beleidsmatige aspecten die nodig zijn om de eenheid en samenhang in een maatschappij te bewaren.

Ook bij andere projecten die subsidie krijgen, zijn UU-wetenschappers betrokken. Biologiehoogleraar Maarten Kole is betrokken bij een groot onderzoeksproject over hersenaandoeningen. Scheikundehoogleraar Petra de Jongh werkt mee aan een project dat kijkt naar elektrochemische processen die van belang zijn voor de energietransitie.

Advertentie