Inclusieve universiteit

UU’ers moeten voornaamwoorden kunnen aangeven en zich als ‘X’ registreren

Registratie. Foto: Pixabay
Foto: Pixabay

Het zijn twee adviezen van het EDI (Equality, Diversity & Inclusion programma), die in opdracht van het universiteitsbestuur onderzoek deed hoe de universiteit kan zorgen voor een inclusievere sekseregistratie en voor een inclusiever gebruik van persoonlijke voornaamwoorden.

Het EDI ondervond dat studenten en medewerkers van de UU, die onder meer non-binair, queer of transgender persoon zijn, problemen hebben met de huidige registratie van de universiteit. Ze kunnen bijvoorbeeld wel hun roepnaam aanpassen bij hun inschrijving in Studielink, maar in bijvoorbeeld Osiris niet. 

Veel stress
Ook kunnen UU’ers nog niet goed aangeven met welke persoonlijke voornaamwoorden ze aangesproken willen worden. Deze onduidelijkheid zorgt voor veel stress, bijvoorbeeld voor aanvang van een vak. Studenten moeten elke keer opnieuw hun persoonlijke voornaamwoorden vertellen. 

Het zorgt ervoor dat sommige UU’ers de huidige registratie als vijandig en onveilig ervaren, schrijft het EDI in een adviesrapport (solis-id vereist). “Een deel van onze universiteitsgemeenschap voelt zich niet erkend en geeft aan hier (zware) psychologische gevolgen van te ondervinden”

Ook X
Volgens het EDI moeten UU’ers de mogelijkheid krijgen om in de registratiesystemen van de universiteit hun naam en sekse te wijzigen. Naast man of vrouw moeten UU’ers ook ‘x’ in kunnen vullen. 

Ook moeten ze in systemen zoals, Teams of Osiris, kunnen aangeven met welke persoonlijke voornaamwoorden ze aangesproken willen worden. Voor het begin van het semester moeten docenten een presentielijst krijgen waarop de gewenste aanspreekvorm van de studenten vermeld staat. 

Daarnaast moet de universiteit de registratie terugbrengen naar het “hoogstnodige” en alleen naar sekse vragen als dit echt noodzakelijk is, bijvoorbeeld omdat het wettelijk verplicht is, adviseert het EDI.

Uitvoerbaar
“Het onderwerp is gevoelig en het risico op weerstand is aanwezig”, schrijft het EDI in haar adviesrapport. “Echter, het alternatief is om deze adviezen niet door te voeren en daardoor mogelijk studenten en medewerkers te verliezen omdat ze zich niet thuis voelen bij de UU.”

De universiteit onderzoekt op dit moment hoe de adviezen van het EDI uitgevoerd kunnen worden en op welke termijn dit kan gebeuren. Begin 2024 moet er een implementatieplan komen. 

Advertentie