Van de 188 Veni-beurzen gaan er 23 naar Utrecht

Dat staat op de website van NWO. Voor veel wetenschappers geldt dat een Veni-beurs een mooie start is van hun wetenschappelijke carrière. Dus ontvangt NWO jaarlijkse vele aanvragen. Het budget is echter beperkt. Op de site verontschuldigt NWO zich voor het lage percentage en erkent dat ook goede onderzoeksprojecten soms niet in aanmerking komen voor financiering. Samen met de universiteiten werkt NWO aan een "gezonder onderzoeksklimaat" om de aanvraagdruk te verlichten en het honoreringspercentage te verhogen tot minimaal 25 procent.

NWO heeft ook gekeken of er een verschil is tussen het aantal toegekende aanvragen door mannelijke en vrouwelijke wetenschappers. Dit blijkt deze ronde niet het geval. NWO ontving 792 aanvragen van mannelijke en 648 van vrouwelijke wetenschappers. Bij 22 aanvragers was het geslacht niet bekend. Het honoreringspercentage lag deze ronde bij vrouwen iets hoger dan bij de mannen (14 versus 13 procent). Bij de technische en exacte wetenschappen lag het percentage bij de vrouwen dit jaar zelfs hoger.

Opvallend is dat dit jaar bijna evenveel aanvragen zijn gedaan door mannen en vrouwen. Dat was in het verleden anders. In de periode 2017-2022 blijkt dat twee derde van alle aanvragen kwamen van mannen. Daardoor kregen ook meer mannen dan vrouwen een Veni-beurs. 

De Universiteit van Amsterdam staat boven aan de lijst met toekenningen: het zijn er 18 in totaal. Ook de TU Delft valt op: de technische universiteit is de nummer twee met 17 toekenningen.

De Universiteit Utrecht ontving dit jaar 14 Veni-beurzen. Daarvan  gingen vijf Veni's naar de Bètawetenschappen, vier naar Geowetenschappen, twee naar Geesteswetenschappen, twee naar Sociale Wetenschappen en één naar Diergeneeskunde. Daarnaast ontving het Utrecht Medisch Centrum Utrecht er zes, gingen er twee naar het Prinses Máxima Centrum en één naar het Hubrecht Instituut.

Van deze 23 beurzen in Utrecht gingen er 13 naar mannelijke en 10 naar vrouwelijke wetenschappers. Op de UU-site is een overzicht te lezen van de onderzoeken waarmee deze onderzoekers aan de slag gaan.