Verhuurders omzeilen regels voor studentenkamer

Vooral in Amsterdam en Rotterdam krijgen studenten vaak een zogeheten groepscontract, blijkt uit onderzoek van NOS op 3 die er een uitgebreid verhaal over heeft geschreven. Er zijn verschillende varianten. Soms staat er op een contract maar één huurder en wonen de andere studenten er officieel dus niet.

Huisbazen kunnen hierdoor hogere huren vragen voor de kamers dan volgens het puntensysteem voor onzelfstandige woonruimten is toegestaan. In het puntensysteem heeft iedere kamer een maximale huurprijs, die afhangt van bijvoorbeeld de oppervlakte en de voorzieningen. Veel huisbazen vinden deze huur te laag en proberen het systeem te omzeilen.

Bewoners kunnen ook niet naar de huurcommissie stappen om huurverlaging af te dwingen omdat een groepscontract andere voorwaarden kent. Groepscontracten vallen in principe buiten de regels die gemeenten hanteren om de huren van studentenkamers in toom te houden.

De Landelijke Studentenvakbond schrikt van de praktijken. Voorzitter Elisa Weehuizen: “Dit is echt een huisjesmelkerspraktijk, de verhuurders zijn alleen maar bezig zoveel mogelijk geld uit studentenkamers te persen. Elke vorm van verantwoordelijkheid vermijden ze.” De vakbond informeert studenten met groepscontracten over hun positie en welke vervolgstappen ze kunnen nemen. Studenten kunnen een groepscontract wel proberen aan te vechten en soms met succes, meldt NOS op 3.