Vervoerders waarschuwen voor afschaffen ov-studentenkaart

Als studenten hun ov-jaarkaart kwijtraken, gaan ze gemiddeld meer dan 1000 euro per jaar aan reiskosten betalen, waarschuwen de ov-bedrijven. Bijna 1 op de 10 studenten ziet de kosten oplopen tot meer dan 2000 euro.
Het kabinet wil de ov-kaart voor studenten vervangen door een kortingskaart. Hoe deze er precies uit gaat zien is nog niet bekend, maar studenten zullen uiteindelijk meer reiskosten moeten betalen.
Wat heeft dit voor gevolgen, vragen de gezamenlijke ov-bedrijven zich af. Op hun verzoek deden twee adviesbureaus een poging om dat in kaart te brengen. In hun rapport kijken ze eerst hoeveel kilometers studenten nu met het openbaar vervoer afleggen en schatten ze vervolgens hoeveel minder dat wordt als de ov-kaart verdwijnt. Studenten zullen bijvoorbeeld minder vaak bij hun ouders op bezoek gaan, vaker de fiets pakken en zo mogelijk dichter bij hun opleiding gaan wonen. DUB schreef al eerder het verhaal Hoe overleef ik zonder OV-studentenkaart.
Op dit moment reizen studenten en mbo’ers gemiddeld meer dan 10.000 kilometer ‘gratis’ met het openbaar vervoer. Als ze zelf moeten betalen, zal dat teruglopen tot 5.563 kilometer, schatten de onderzoekers.
De een reist meer dan de ander. Voor zo’n 17 procent van de studenten zullen de kosten hooguit 500 euro per jaar bedragen, terwijl 9 procent meer dan 2000 euro kwijt is, met uitschieters tot boven de 3000 euro. De bulk van de studenten krijgt tussen de 500 en 1000 euro extra kosten (38 procent) of tussen de 1000 en 2000 euro extra kosten (36 procent).
De onderzoekers hebben het zwartste scenario geschetst, waarin studenten alles zelf moeten betalen. Maar zo erg hoeft het niet te worden, relativeren ze. Misschien krijgen studenten het geld terug dat ze moesten inleveren bij de invoering van de ov-kaart: 90 gulden per maand, omgerekend 540 euro per jaar. Dan zou een kleine groep er financieel op vooruit gaan, maar moet nog altijd  82 procent extra gaan betalen.
De onderzoekers stellen ook dat veel meer studenten gaan verhuizen om in de buurt van hun onderwijsinstelling te wonen. Dat zouden er vijftigduizend zijn. De woningnood zal dus ook toenemen en de huurprijzen zullen navenant stijgen.
Niet alleen de studenten zijn het slachtoffer, maar ook de ‘gewone’ reizigers. Ov-bedrijven zullen mogelijk minder treinen en bussen laten rijden: in studentensteden zou het aanbod met vijf procent kunnen verminderen. Of de kaartjes worden duurder.
De onderzoekers gaan nog een stap verder. Als de ov-bedrijven hun aanbod verkleinen, zal ook het aantal ‘gewone’ reizigers dalen en daalt de omzet. Daardoor moeten er werknemers worden ontslagen en dit “leidt tot sociale onrust”.
Bovendien zullen studenten vaker gaan fietsen en de auto pakken. Dat leidt tot parkeerproblemen, milieuschade en extra verkeersslachtoffers.
De studentenorganisaties ISO en LSVb zien hun gelijk bevestigd en stellen dat het beleid “niet spoort”.