Vier UU-lintjes; een emotioneel moment na 45 jaar Rode Kruis
De uitreiking van de lintjes vorige week woensdag was voor Bert Koops (61) een emotioneel moment. “Toen de burgemeester sprak, zag ik mijn hele leven aan me voorbij trekken. En er zijn meer dan genoeg spannende momenten geweest.”
Meer dan 45 jaar is de medewerker Gebouwzorg actief voor het Rode Kruis. In die tijd zette hij zich als vrijwilliger in bij grote auto-ongelukken, maar ook bij dramatische gebeurtenissen als de Bijlmerramp, de watersnood van 1995 en de treinkaping in 1977.
Vooral aan die gijzeling van treinpassagiers door Molukkers bij De Punt denkt hij steeds vaker terug. Hij heeft het soms best moeilijk met die herinneringen. “Het gaat je niet in de kouwe kleren zitten, daar maak ik geen geheim van. Ik heb een week onder vuur gelegen en na de gewelddadige afloop de gewonden en doden verzorgd.”
Het zware werk laat Koops, die vandaag precies 29 jaar bij de UU werkt, tegenwoordig liever over aan de jonge vrijwilligers van het Rode Kruis. “Ik geef nog wel trainingen rampenbestrijding en EHBO, maar ik ben te oud om zelf nog op pad te gaan.”
Koops werd woensdag door zijn vrouw “ontvoerd”. “Ze heeft een nieuwe baan bij de politie. Haar smoes was dat ze opnieuw beëdigd moest worden in Driebergen. Dus ik ging mee, in mijn goede pak. Toen we langs Jagtlust reden, zag ik daar mijn broer en mijn vader. 'Wat typisch', dacht ik nog, maar voor ik het wist stond ik op de rode loper.”
’s Avonds volgde nog een hapje eten en wat lekkere Belgische biertjes bij Koops thuis in Maartensdijk waar zo’n dertig vrienden en kennissen het nieuwe Lid in de Orde van Oranje-Nassau kwamen feliciteren. “Het was een onvergetelijke dag.”
Volgens een intranetbericht van de universiteit zijn er in totaal vier medewerkers onderscheiden. Adviseur wetenschapsbeleid bij de bètafaculteit Maria Hijman werd Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Ze begon in 1981 bij de UU als coördinator vrouwenstudies. Daarna volgde een lange universitaire loopbaan in verschillende functies.
Hijman bood de afgelopen decennia in haar eigen huis onderdak aan zeker tien, doorgaans jongere mensen om hen te helpen hun leven weer goed op de rails te krijgen. Ook was ze als vrijwilliger actief voor de Special Olympics, de organisatie die zich inzet voor sporten voor mensen met een verstandelijke beperking. Daarnaast was ze (bestuurs)lid van de Vereniging voor Integratie in het reguliere onderwijs van kinderen met het syndroom van Down, de VIM.
Onderwijsinternationaliseerder Jeroen Torenbeek werd Officier in de Orde van Oranje-Nassau. De afgelopen jaren maakte hij als directeur en initiatiefnemer een succes van de Utrecht Summerschool. Inmiddels nemen jaarlijks bijna 3500 studenten uit 120 landen deel. Torenbeek was daarnaast onder meer directeur van het Bureau Buitenland van de UU en van het universitaire taleninstituut James Boswell.
ITS-medewerker Dorethy Veldema werd onderscheiden als Lid in de Orde van Oranje-Nassau. Veldema kreeg haar onderscheiding met name vanwege haar werkzaamheden voor een door haar vader opgerichte stichting die zich inzet voor hulpbehoevenden in Suriname.