Vijf scheikundestudenten krijgen beurs van 500 euro per maand

Vijf beginnende scheikundestudenten hoeven voorlopig niet op zoek naar een bijbaantje. Zij kregen maandagmiddag in De Uithof een Topsector Chemiebeurs van drie jaar lang 500 euro per maand.
Zelfs het NOS-Journaal was er voor naar De Uithof-labs gekomen. Gerrit-Jan de Bruin, Maarten Bransen, Erik Maris, Melanie Balhuizen en Nienke Visser kregen maandagmiddag de eerste Topsector Chemiebeurzen. Alleen Nienke Visser kon niet zelf aanwezig zijn. Haar moeder nam de beurs in ontvangst.
De vijf studenten zijn uitgekozen uit dertig kandidaten die zich hadden aangemeld voor de selectieprocedure voor de beurzen die beschikbaar worden gesteld door vijf grote chemische bedrijven. Naast studieprestaties op de middelbare school werd daarbij ook naar de motivatie van de studenten gekeken.
Met de beurzen wil de Vereniging voor Nederlandse  Chemische Industrie (VNCI) de belangstelling voor een studie Scheikunde vergroten. Volgend jaar zijn er 60 beurzen beschikbaar voor heel Nederland.
Gedurende hun bacheloropleiding ontvangen de studenten 500 euro per maand, met uitzondering van de twee zomermaanden. Dat bedrag mogen de studenten als een gift beschouwen als zij hun studie afronden. Bovendien nemen zij deel aan een honoursprogramma en kunnen zij stage lopen bij het bedrijf dat de beurs verstrekt.
Tijdens een faculteitsraadsvergadering noemde vice-decaan Rens Voesenek de beurzen deze maand een zeer geslaagd initiatief. Hij sprak de hoop en verwachting uit dat ook de afgevallen studenten voor een Scheikundestudie in Utrecht zullen kiezen. 
Twaalf studenten die net niet in aanmerking kwamen voor de beurs krijgen een boekenpakket van 500 euro aangeboden door de Universiteit Utrecht.