Vragen over leenstelsel zorgen voor overwerk bij ministerie
De partijen die tegen het leenstelsel zijn, hebben gistermiddag 61 pagina’s aan vragen ingeleverd bij onderwijsminister Bussemaker. Op het ministerie is hard doorgewerkt om alle vragen vandaag te kunnen beantwoorden.
Vijf partijen hebben van de mogelijkheid gebruik gemaakt om aanvullende vragen te stellen over het wetsvoorstel dat de basisbeurs afschaft. De ChristenUnie wil bijvoorbeeld meer duidelijkheid over de gevolgen voor studenten met een handicap, de SGP vraagt waarom het collegegeld niet omlaag gaat en de PVV drukt de minister op het hart om wettelijk vast te leggen dat de opbrengsten van het leenstelsel bestemd zijn voor het hoger onderwijs.
CDA en SP bezorgen het ministerie het meeste werk. De SP leverde maar liefst 45 pagina’s vragen in, het CDA elf. De twee partijen willen bijvoorbeeld meer duidelijkheid over de manier waarop rente op de studieschuld in de toekomst berekend wordt. Als het kabinet voor een hogere rente kiest, moeten studenten duizenden euro’s extra betalen om hun schuld af te lossen, berekende het Hoger Onderwijs Persbureau gisteren. Waarom heeft de minister de Tweede Kamer daar niet nadrukkelijk op gewezen, vraagt het CDA. De SP-fractie wil een overzicht van de rentes over de afgelopen 42 jaar, volgens de huidige en volgens de nieuwe rekenregels.
Ze moeten flink aanpoten dus, op het ministerie van Onderwijs. Minister Bussemaker wil het wetsvoorstel zo snel mogelijk behandelen in de Kamer, net als de vier partijen die het leenstelselakkoord tekenden. De oppositie daarentegen heeft nog veel meer informatie nodig, benadrukten CDA en SP deze week tijdens een procedurevergadering.
Regeringspartijen VVD en PvdA wilden het wetsvoorstel van minister Bussemaker tijdens die procedurevergadering meteen aanmelden voor een debat. Hun bondgenoten D66 en GroenLinks streken echter met de hand over het hart toen de oppositie om een tweede ronde schriftelijke vragen vroeg. Om de behandeling niet al te zeer te vertragen, werd afgesproken dat de vragen gisteren ingediend moesten zijn. Het ministerie is vastbesloten om ze vandaag nog allemaal te beantwoorden.
Minister Bussemaker heeft met vier partijen een akkoord getekend om de basisbeurs per september 2015 af te schaffen. Nieuwe bachelor- en masterstudenten moeten vanaf dat moment meer lenen om hun opleiding te bekostigen. De aanvullende beurs blijft wel bestaan, en wordt met maximaal honderd euro verhoogd. De terugbetaalregels voor de studieschuld veranderen in het nieuwe stelsel ingrijpend.